Journalen. Derde deel

Novembre.

1 Sond.

Was S.H. naer Naerden om met Gecomm^den daer over de wercken te spreken.

Verloor naermiddagh a la bassette Cornwell taillerende omtrent de 130 gl.

2 Maend.

Gaf S.H. mij alle de brieven van v. Beuningen over het werck van̅ mediatie of arbitrage van Engel^t tusschen Vranckrijck en̅ Spagnen.

Oock de brief door ..... aen̅ ouden Beaufain geschreven over de tydingh van Saterdagh.

De moscovische Briefdrager kreeg antwoordt en afscheyt.

Ten dry ueren reed S.H. naer Hooghsoeren om de jacht van S^t Huybert te doen.

Was tot Jacoba tegens den avont.

3 Dynsd.

Reed ten 10 uuren naer Hooghsoeren daer met den doncker aenkwam.

Hoorde het geraes van S^t Huybert, S.H. al aen tafel wesende en ging niet binnen.

Lannoy wierdt van 3 knechts uyt de camer gedraghen.

De Secretaris Beaumont was oock heel droncken. Syn H^c willende (soo geseght wierd) een glas doen

[p. 80]

drincken aen Stirumb en hij niet wetende of difficulteerende stiet S.H. het hem tegen 't aensicht of over de kleeren, daer hij om uyt de weegh liep en kreet van spijt.

4 Woensd.

S.H. op de varckens-jacht maer vongh niet als een marcassin.

Savonts speelde men a la Bassette, S.H. mede de Banck won 4 a 500 gl., ick verloor 2 ducaten.

5 Donderd.

Was Brienne bij mij op mijn camer om choccolate die Benting had doen maecken tegen de mijne te proeven.

Seyde dat S.H. op sijn eerste reys naer Engel^t een seer quade maghe had en geen appetyt, dat de coning hem geraden hebbende choccolate met melck, water en eyeren te nemen hem dat hersteldt had.

Dat de Coningh hem doen oock bij Mylady of Portsmouth gebracht had en hebbende eens ergens over of deur een glas gekeken als hij met haer besigh was, hij in sijn handen geklapt hadde.

Dat hij Brienne een Goodemichi van Vander Hoeven gekocht had en tot Babbe te Gendt wesende het in de cous van een hoer daer gestoken had en was heen gegaen.

Stirumb nogh chagrin soo het scheen van̅ rencontre van̅ voorgaende dagh reed smorgens wegh, soo mij docht naer Amsterdam.

Oock gingh Opdam wegh, was savonts wat quaet soot scheen om dat men hem als hij tailleerde in̅ Bassette eenige dingen wilde disputeeren, en S.H. hem al lachende seyde dat hij geern disputeerde.

6 Vrijd.

Sijn Hooch^t vong een hart en Voorst met de Secret^s Beaumont en cameraet Dorp zijnde met 7 honden van̅ jacht afgeraeckt vongen der nogh een.

Savonts als men soude beginnen à la Bassette te spelen begon S.H. questien te moveren over tgheen

[p. 81]

de Banquier most trecken van̅ facessen; dat duerde soo langh dat men niet en speelde.

S.H. vertelde mij dat de marquis de Seissac nu in Engel^t en hebbende te Parijs aen tHof 200^m escus gewonnen à la Bassette en meest au Berlan sigh verstondt met de Valet de Garderobbe die de caerten verschoot en deselve soo leyde dat hij de ordre wist dat de Marquis d'Anjeau en̅ Conte de Roye op suspitie alle avont yder een van die caertspullen in haer sack staken, en̅ eyndelijck het Secreet uytvonden. Seissac wierdt geexileert en belast sijn charge te verkoopen, de Coning nochthans willende hebben dat men hem betalen soude.

Remarqueerde dat cameraet Dorp weder op de jacht zijnde van S.H. civiliteit ontfongh en quam mij in̅ sin dat als laetst met S.H. in̅ Haegh was, praetende met Baersenburg in S.H. camer ick hem onder andere vraeghde wat het beduyden mocht dat aen deselve Dorp zedert eenighe tijt in S.H. camer had sien ingaen en daer langh blijven. Hij wilde int eerst hem houden of daervan geen notitie genomen had, maer ick seggende dat daer evenwel iets wesen moste en wat lachende, seyde hij: ge meent mogelijk iets, maer neen, dat is niet, eyndelijck seyde wilje wel doen soo vraeght daer niemant anders naer als mijn en spreekt daer niet van.

7 Saterd.

Vongh S.H. met de honden een groot en twee kleyne swijnen.

Wandelde naermiddagh alleen.

Savonts spelende à la Bassette won eens 35 ducatons en verloor die weder tot op 10.

8 Sond.

Gingh S.H. smergens naer Dieren en quam savonts wederom.

Daeghs te vooren schreef mijn vrouw dat Vrijbergen met Gipsons dochter geaccordeert was om haer te

[p. 82]

trouwen, maer op conditie, dat dat in persoon niet soude hoeven te doen noch niet met haer huys te houden.