No 202.
J. de WyckGa naar voetnoot1) à Christiaan Huygens.
27 octobre 1654.
La lettre se trouve à Leiden, coll. Huygens.
Mijn Heer.
Hir benefens gehet met hertelicke danksegginge die kasse van het vergroet glas met ein klein glasgen, het welke in het deipste scotelken is geslepen dat ick hebbe, verhope dat het VE. deinen sall, wijders so daer iets is in mijn Huijs dat VE. deinen kan, sall dit altoos met mijn persoon sijn ten deinste van mijn heer ende de sijne: hijr op VE. commando verwachtende blijve mijn Heer
V wel Ed. deinstwilligen deinaer Johan de Wijck.
Delfft, 27 octob. 1654.
Mijn Heer Mijn Heer Christiaen Huijgens sohne van den Ed. Heere van Zulichem, op het plein an de pooten
in 's Grauenhage.
met een pacgen.