Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687
(1917)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend6674. Aan graaf Johan Maurits van NassauGa naar voetnoot3). (K.A.)Ik waag het u te herinneren aan eene som van 1100 gulden, voor achttien jaren geleend en die ik toen van de Kamer der West-Indische Compagnie te Dordrecht, waarnaar ik werd verwezen, niet heb kunnen terugkrijgenGa naar voetnoot4). Ik | |
[pagina 235]
| |
zou dat geld thans gaarne terughebben. - Uwe boomen groeien goed en het metselwerk van de Rekenkamer gaat flink vooruit. Er blijft alleen eene schutting over tusschen onze tuinen. Wij zien u weinig, nu gij u zoo door Cleve aangetrokken voelt. A la Haye, ce 21e Auost 1668. |
|