Briefwisseling. Deel 6: 1663-1687

6252. J. Sauzin. (H.A.)

Beauregard heeft weer allerlei intriges. Een jongmensch, die zich vroeger beleedigend voor den Koning had uitgelaten, bij verstek veroordeeld en gevlucht was, was teruggekeerd, om zich te verantwoorden. Bedarrides heeft hem gevangen genomen, hem een jaar lang in eene afschuwelijke gevangenis opgesloten en, daar hij geen losgeld van hem kon krijgen, hem dezer dagen naar de galeien opgezonden. Hij heeft Taradel²⁾ verbannen en de burgemeesters gelast, dat zij eenige burgers, die hem naar de oogen zien, van alle lasten zullen ontslaan. De werktuigen van de Munt weigert hij terug te geven. Kunt gij, nu het met onze zaken wat beter staat, niet vragen ‘des lettres de naturallité en faveur des subjectz de S.A.?’ Dat heeft de heer de Knuyt indertijd ook gedaan³⁾. De bewoners der landgoederen van Z.H. in Dauphiné maken het ons erg lastig met hunne looze streken, en roepen ons bij processen voor het Parlement daar. A Orange, le 23 d'Apvril 1664.

2) Zie No. 6249.

3) Nl. toen hij in 1630 te Oranje was, om Valckenburg te verhinderen verraad te plegen en tevens een beetje schoonmaak in het vorstendom te houden.