Briefwisseling. Deel 5: 1649-1663
(1916)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend4975. P. de HozierGa naar voetnoot5). (B.M.)‘Aussitost que M.r TassinGa naar voetnoot6) m'eust montré la lettre que vous luy escriviez, par laquelle vous luy mandies le dessein de Madame la Princesse d'Orange et qu'elle desire avoir les trente deux lignes paternelles et maternelles de Louise de Coligny, mere de feu son Altesse et quatrieme femme de Guillaume de Nassau, ayeul de son Altesse d'apresent, je me suis mis en debvoir a l'heure mesme de les dresser et reduire par ordre a la maniere qui se pratique dans les Pais Bas et partout .... Mais comme en France l'usage des cuartiers | |
[pagina 19]
| |
n'est pas si commun qu'au pais ou vous estes, et que ce n'est que depuis quelques annees que j'en ay fait naistre la curiosité a quelques uns qui ont voulu essayer d'en venir a bout, il n'est pas sy aisé d'y reussir d'abord, et la raison en est qu'il y a bien plus de peine a restituer trente deux maisons qu'une seule se rencontrant fort souvant, et que ce pour familles esteintes ou eslognes et dont on a pas de connaissance et qu'elles ne sont pas tousjours d'une mesme force et d'une antiquité de noblesse. Ce n'est pas que celle de Coligny ne soit une des plus anciennes que nous ayons en ce royaume’ .... De Coligny's wonen meer dan 200 jaren in Frankrijk, vóór dien tijd in Savoye. Eén van hen heeft meer dan 500 jaren geleden in het ‘vicomté d'Auxonne’ eene abdij gesticht. Charlotte de LavalGa naar voetnoot1), de moeder van Louise de Coligny, behoorde tot een beroemd adellijk geslacht, vermaagschapt aan de hertogen van Bretagne; hare grootmoeder was Louise de MontmorencyGa naar voetnoot2), zuster van Anne de Montmorency, connétable van FrankrijkGa naar voetnoot3). Tot acht kwartieren gaat alles goed, tot zestien ook nog, maar om tot twee-en-dertig te komen, dat geeft groote moeilijkheden. De geslachten zijn dikwijls uitgestorven, of wonen in ver afgelegen streken. En als men de namen heeft gevonden, dan heeft men de wapens nog niet, en daarom is het u vooral te doen. Ik heb erg veel moeite gehad met mijn onderzoek en ben nu, op twee of drie kwartieren na, gereed. Maar hoe moet ik ze laten teekenen en kleuren? Op papier of op perkament? Met alle namen, voornamen en titels? Of alleen de namen der geslachten? En welke is de vorm van de zaal, waarin zij zullen worden geplaatst? Gij weet alles; dat heb ik dikwijls gehoord van den markies de la GesvresGa naar voetnoot4), die mij ook indertijd uw wensch meedeelde, om ridder der orde van S.t Michiel te worden, en die mij uw wapen gaf, dat hij geleend had van den heer de Beringhen. Hij heeft mij ook beloofd, dat hij mij met u in briefwisseling zou brengen, maar hij is vóór dien tijd gestorven. Hetzelfde beloofde mij de heer OeuftGa naar voetnoot5), toen hij mijn raad inwon, bij gelegenheid, dat nu wijlen de Prins van Oranje zijn wapen in kwartieren wilde verdeelen. Het is mij daarom des te aangenamer, dat ik u thans mijn naam kan doen kennen. A Paris, ce 3 Sept.bre 1649. |
|