Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3095. Aan prinses Amalia van Oranje. (H.A.)*Gisteren zijn de heer van Brederode en graaf Hendrik uit den Haag teruggekomen, de eerste heel vroolijk, de ander somber, omdat zijn broer geen kans heeftGa naar voetnoot3). Prins Willem is van nacht met dertig compagnieën ruiterij naar het Fransche en Hessische leger gegaan, om dat met het aanbreken van den dag te zien wegtrekken. Dat heeft in uitstekende orde plaats gehad, in weerwil van al de wagens, karossen en bagage. De heer de Guébriant heeft er zijne officieren opmerkzaam op gemaakt, dat hun nieuw kwartier hun wel eens betwist kon worden, nu de Keizerlijken daar in de buurt zijn. Misschien zullen er, nu de beide legers zoo dicht bij elkander zijn, vijandelijkheden plaats hebben. Prins Willem is heden middag teruggekomen. Au camp à Bodbergh, le 7e d'Aoust 1642. |
|