Briefwisseling. Deel 3: 1640-1644
(1914)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend3039. Nicolaus HeinsiusGa naar voetnoot4). (K.A.)Ik wil u zoo gaarne een dienst bewijzen en nu is mij dat niet gelukt. Denzelfden dag, dat gij waart weggegaan, kwam uw bloedverwant, maar zoo | |
[pagina 303]
| |
laat op den avond, dat mijn vader en mijne tante, die de huishouding doet, reeds naar bed waren en ik hem niet kon logeeren. Hij beloofde den volgenden dag terug te komen, maar heeft dat niet gedaan, zoodat ik hem niets belangwekkends heb kunnen laten zien. Lugduni Batavor., Ao CIƆIƆCXLII, XXVI Junij. |
|