Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634

871. J. de Knuijt. (H.A.)

Uyt mon cosyn Buysero²⁾ hebbe verstaen t'gene Sijne Ex.^cie met U. Ed. heeft gelieven te spreecken nopende t'inventarieren van de papieren ende chartres, ende alsoo midts mijn vertreck naer Zeelandt belet werde daerover met U.E., oft oock met Sijne Ex.^cie te spreecken, ende mij wel bewust is de goede kennisse, die hij dijenaengaende is hebbende, als daerinne opgevoet sijnde, sulckx niet en twijffele, off sal Sijne Ex.^cie daerinne den besten dienst connen doen ende U.E. tsamentlyck goet ende volcomen contentement geven. Can daeromme niet laten met dese weijnige regulen U.E. de voorss. sake ten regarde van mijn cosyn Buysero ernstelyck te recommanderen, ten eynde in sijne prejudicie dijenaengaende niet en werde geresolveert, te meer daer t'selve oock is een dependentie van sijne charge en bedieninge. Wil oversulckx vertrouwen, U Ed. alles in syn faveur, ten meesten dienste van Sijne Ex.^cie, sal beleyden ..... Hage, den 19^en Febr. 1634.

2) Laurens Buysero († 1674), heer van Ginhoven en Heeraertsheyninge, was auditeur van de rekeningen der domeinen van den Prins, later ook raad en griffier. Hij was gehuwd met Elizabeth de Vlaming van Outshoorn en de vader van Dirk Buysero, den bekenden tooneeldichter.