Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens– Auteursrecht onbekend746. Aan D. TuldenusGa naar voetnoot6). (K.A.)Als gij weten wilt, waarom ik in zoo lang niet geschreven heb, moet gij Puteanus vragen; misschien word ik daarna door Leuven weer in genade | |
[pagina 382]
| |
aangenomen. Gij hebt mij door uwe geschenken weer veel genoegen gedaan; zij zijn mij altijd zeer aangenaam. Hag. Com., sacerrimo natali Domini nostri Christi (= 25 Dec.) 1632. |
|