Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634
(1911)–Constantijn Huygens–487. Aan D. Heinsius. (K.A.)Gisteren heb ik den heer van der Myle ter hand gesteld, wat de Prins geantwoord heeft op uwe vragenGa naar voetnoot6). Nu kan ik u nog iets meedeelen. Ik sprak gisteren Van den BoschGa naar voetnoot7), die uiterst nauwgezet is in alles, wat hij beheert; van hem zult gij eene opgave krijgen van cijfers en maten. Als ik u nog in iets helpen kan, schrijf het mij dan; ik bewijs daardoor niet alleen u, maar ook den Prins en het vaderland een dienst. Hagae, 27 Ian. 30. |
|