Briefwisseling. Deel 1: 1608-1634

55. Aan zijne ouders. (K.A.)*

Dat mijne brieven u niet eerder ter hand gekomen zijn, komt door den tegenwind; de heer Carleton, die 12 of 14 dagen om die reden heeft moeten wachten, zal u daarvan meer kunnen vertellen. De Koning heeft op hem gevloekt en gescholden, omdat hij zoo gaarne de boodschap van den heer de Boissise²⁾ wilde hooren. Uwe brieven heb ik ontvangen; zij zaten in hetzelfde pakket als die van de Staten aan den Koning. Ik zal spoedig terugkeeren, maar moet eerst hier mijn voorgenomen reisje maken; alleen reizen in dit land gaat niet en reisgezelschap is niet altijd te vinden. Waarschijnlijk ga ik naar Cambridge met een edelman van den Prins en naar Vlaanderen met Brasser³⁾ en den Fries Geldorp⁴⁾. Dat ik de bruiloft in den Haag niet heb kunnen bijwonen, spijt mij niets; dat is meer iets voor mijn broer.

‘Les nouvelles des cassations à Utrecht et specialement de Ledenbergh⁵⁾ m'ont estonné plus que ne pourroyent celles d'une montagne transposée; de ce qu'on dit plus grands changements estre à la main, nous donne subjet par ici de beaucoup d'estranges conceptions; je prie qu'on ne m'en envie pas les nouvelles plus particulieres. En cette ville pour pouvoir demander beaucoup - que j'estime estre le debvoir d'un estranger curieux - il faut avoir un peu à dire et puis tout le monde s'imagine qu'un fils du secretaire d'estat ne doibt rien ignorer, au moins de ce qui se peut sçavoir’.

Brouart wil mij in alles graag helpen. Ik heb last van bloedzweéren. De South-Lambeth, ce 21^e d'Aoust, V. stile⁶⁾, 1618.

2) J. de Thumery, Sr. de Boissise, was door den Koning van Frankrijk in 1618 naar de Nederlanden gezonden, om de Staten gematigdheid in de kerkelijke geschillen aan te raden. Hij is met zijn ambtgenoot du Maurier meermalen opgetreden ten behoeve van Oldenbarnevelt en de andere gevangenen, welke pogingen door den Engelschen gezant werden tegengewerkt. Den 14^den Augustus richtte de Boissise zich met eene waarschuwing tot de Staten, die den 25^sten daarop antwoordden.

3) Zie blz. 28.

4) Waarschijnlijk Henricus Geldorp (1600-1652), die in 1625 te Leeuwarden en in 1628 te Amsterdam tot predikant werd beroepen.

5) Den 4^den Augustus werd de regeering van Utrecht veranderd en de secretaris Ledenberg ontslagen, nadat de waardgelders waren afgedankt.

6) Dus 31 Aug., nieuwe stijl.

[p. 32]

De heer Caron laat u groeten. Ik sluit dezen brief in de kamer van Cesare Calandrini ten huize van den aartsbisschop van Spalato, bij wien ik van middag heel gezellig gegeten heb.