Verzamelde werken. Deel 8. Universiteit, wetenschap en kunst
(1951)–Johan Huizinga– Auteursrecht onbekend
[pagina 571]
| |
Mag de Mare gedempt worden?Ga naar voetnoot*Wanneer, gelijk het Gemeentebestuur van Leiden in beginsel besloten heeft, de Mare wordt gedempt, dan zal de stad een verkeersweg rijker zijn. Een goeden verkeersweg? - Neen, een hoogst gebrekkigen. Want zonder de consequentie van verbreeding der Marebrug en demping ook van de Nieuwe Mare (wat het scheepvaartverkeer verbiedt) is de winst gering. - Een noodigen verkeersweg? - Men mag het betwijfelen. De Mare is slechts druk op enkele uren van den dag: een strenge verkeersregeling maakt het, nu de Brandewijnsteeg verbreed is, zeer goed mogelijk, opstoppingen te voorkomen. Het grondeuvel, dat Leiden nu eenmaal langs den Rijn is gebouwd, en dwarse hoofdaders mist, is toch niet te verhelpen, zeker niet door demping van de Mare. Wat zal de stad armer zijn? Een bekoorlijk gebogen stemmig grachtje, met twee onvergelijkelijke stadsgezichten aan de beide uiteinden: van den Ouden Singel in de richting der Marekerk, en bij het Huis ter Lugt. De Marekerk kan men gerust sloopen, als zij niet meer aan het water staat. Is het verlies gering? - De grachten zijn in een Hollandsche stad wat de oogen zijn in een aangezicht. De hoofdschoonheid van Leiden, die zoo sterk spreekt ondanks den geringen rijkdom aan mooie oude gevels, ligt in het beloop van haar grachten. Men kan er niet straffeloos een van omzetten in... een troosteloos onding, zonder de harmonie van het geheele stadsbeeld te schenden. - Is er nog niet genoeg verminkt door een vorig geslacht, dat blind was voor wat thans iedereen ziet? Niemand ontkent het gewicht van de eischen van het verkeer. Doch bij ieder dempingsplan moet weer worden afgewogen, wat de algemeene winst is en wat het verlies. In het thans aanhangige geval is de conclusie onvermijdelijk: De Mare mag niet gedempt worden. |
|