keurigheid en zijn vermogen om te schiften. Dat geeft hem een grote voorsprong op deze laatste, want alhoewel geschiedenis vanzelfsprekend over mensen gaat, zijn de meeste mensen die, op welk tijdstip ook, het grootste deel van zo'n historisch toneel bevolken, ongelukkigerwijs geheel aan de waarneming van de wetenschapsman onttrokken: zij vormen ‘die graue Menge,’ de massa zonder gezicht. Maar zij zijn het, de anonymi, de kleine luiden, de figuren op de achtergrond, de mensen van wie geen woord bewaard is gebleven, omdat het niet de moeite waard was, en wier daden wij ten hoogste op het schutblad van een bijbel of in de dossiers van een politiebureau vinden opgetekend - zij zijn het, die ten tijde van dat historische ogenblik leefden, dat wil zeggen de substantie van het toenmalige bestaan uitmaakten. Waar in de geschiedenis is er plaats voor het individu?
Nergens, luidt het antwoord. En dit laat ons zien, wat voor zin het heeft, historische romans te schrijven of te lezen. Want de historicus, die over dingen schrijft, die wél zijn overgeleverd - hetgeen op publieke figuren, officiële gebeurtenissen en orakelwoorden neerkomt - de historicus kan alleen maar ideeën ontwikkelen over toestanden, bewegingen, oorlogen, instellingen, gewoontes: te generaliseren is nu eenmaal zijn kracht. De romancier van zijn kant echter kan ons de mensen - mensen als u en ik, eeuwige, alomtegenwoordige mensen - laten zien, die met die gewoontes hebben geleefd, die die oorlogen hebben gevoerd, die zich naar die instellingen hebben moeten richten. Waar de historicus dus uiteraard abstract is, is de romanschrijver concreet; en waar de man van de wetenschap er niet aan ontkomen kan, op grond van zijn materiaal bepaalde theorieën op te stellen, met behulp waarvan hij een toekomst aankondigt, die hem allang en breed bekend is, dwingt de kunst de man die historische romans schrijft, ertoe, zijn figuren zo voor te stellen als leerden zij, samen met ons, die toekomst ontdekken: zij leven niet naar een volgende historische periode, maar naar de vrijheid toe. En vrijheid is het wat de romanlezers, al is het maar voor een paar uur, zoeken.