| |
| |
| |
| |
Een inlandsch feest.
Eenige dagen geleden maakten wij een allerprettigst uitstapje naar 't naburige eiland Madoera, dat slechts een half uur varen van Soerabaia af ligt.
Het eiland, dat grooter is dan de meeste van onze provinciën, is over 't algemeen vlak, met uitzondering van het hoogland van Bangkalan, dat uit een rij van dicht begroeide heuvelen bestaat, de geliefkoosde verblijfplaats van wilde varkens. Er wordt op die dieren dan ook druk jacht gemaakt; sommige jagers houden ze zelfs voor gevaarlijker dan tijgers.
Wij gingen echter niet naar Madoera om te jagen, doch met een veel vreedzamer bedoeling, n.l.: om er feest te vieren.
Op een goeden morgen kregen wij de volgende uitnoodiging, sierlijk gedrukt op een geglaceerd, dichtslaand kaartje:
| |
| |
Pangeran Tjokro Adiningrat,
Regent van Bangkalan, heeft de eer u uit te noodigen het door hem te geven feest ter inwijding der Nieuwe Regentswoning, op Zaterdag den 25en Juli 1891 s' avonds te negen uur, te willen bijwonen met uw huisgenooten.
Wordt s.v.p. antwoord verzocht.
Genoemde regent was eerst sedert kort als zoodanig aangesteld en zou nu de nieuwe woning, van rijkswege voor hem gebouwd, inwijden; tevens zou er een vee- en landbouwtentoonstelling wezen, waarvoor het gouvernement f 2000 had beschikbaar gesteld, of liever voor de feestelijkheden, welke bij die gelegenheid zouden plaats hebben. Geheel Bangkalan was met guirlandes van groen, palmbladen en vlaggen versierd en te Soerabaia, zoowel als te Madoera, werden tal van uitnoodigingen rondgezonden. De meeste Europeanen geven niet veel om zulk een onderscheiding; ten eerste derangeert men zich in Indië liefst zoo weinig mogelijk en bovendien zijn al zulke feesten 't zelfde. De militaire en andere autoriteiten kunnen er zich natuurlijk niet van onthouden en zoo waren er bij Pangeran Tjokro Adiningrat dan ook verscheidene officieren van de land- en zeemacht, alsook de resident van Soerabaia met familie, e.a.
Ofschoon wij er officiëel niets mee te maken hadden, had ik veel lust om zoo iets eens bij te wonen, en gedachtig aan 't: ce que femme veut, Dieu le veut, besloot mijn man om er met mij naar toe te gaan.
Het programma der feestelijkheden luidde aldus:
Feesten te Bangkalan. Programma.
25 Juli. 8 Uur 's morgens: Opening Vee-tentoonstelling. 10 Uur 's morgens: Paardenraces en Stieren-wedrennen. 5 Uur 's namiddags: Trekking Tentoonstellings-Loterij.
| |
| |
7 Uur 's namiddags: Inwijding der nieuwe Regentswoning. - Bal.
26 Juli. 8 Uur 's morgens. Stierenwedrennen.
10 Uur 's morgens: Paardenraces.
12 Uur 's morgens: Prijs-uitdeeling.
9 Uur 's namiddags: Vauxhall in de Officiers-Societeit.
Illuminatie klein Aloon-aloon.
Er viel dus heel wat te genieten, al was 't dan ook op bescheiden schaal.
Ten einde er bijtijds te wezen, gingen wij 's morgens al vóór vijven van huis, reden naar de Oedjong (haven) en roeiden in een bootje of tambangan, zooals men hier zegt, naar Madoera. Wij gingen aan wal bij een klein plaatsje, Kamal genaamd, vroeger de hoofdplaats van 't eiland en de residentie der inlandsche vorsten. Thans is 't niets dan een verzameling van onaanzienlijke huisjes en eenige kleine winkeltjes van Chineezen. Gewoonlijk is het er heel stil en heerscht er alleen op de markt wat levendigheid; nu echter krioelde het overal van inlanders, die de feesten gingen bijwonen. Tal van karretjes van zeer primitief maaksel stonden klaar, om de genoode en ongenoode gasten naar Bangkalan te vervoeren. De tocht er heen, die twee uur duurde, was in 't begin heerlijk, doch langzamerhand werd 't erg stoffig en warm, en waren wij blij, toen wij aan 't doel van de reis kwamen.
De weg was bezaaid met inlanders, allen in hun mooiste baadjes en veelkleurige sarongs; de Madoereezen zijn anders een kwaad volk, en zijn nog vlugger in 't trekken van hun messen dan de Italianen of onze Janmaatjes, die er zich ook niet voor geneeren. Ook zijn ze niet afkeerig van zeerooverij en is 't er heel onveilig in den omtrek. Nu echter waren ze heel kalm en gedroegen ze zich
| |
| |
bizonder netjes; er waren eenige duizenden bijeen en toch was de orde uitstekend. De meesten deden zich te goed aan stukjes suikerriet en andere versnaperingen.
Zoodra wij te Bangkalan arriveerden, kwam de president der feestcommissie naar ons toe en bracht ons naar een kamer, waar wij ons wat konden verfrisschen. Daarna begaven wij ons naar 't feestterrein, of Aloon-aloon, een groot veld, gelijk men overal op Java aantreft. Aan den eenen kant werd 't begrensd door de nieuwe regentswoning, aan den anderen door de Missigit (inlandsche tempel). Op dit veld waren loodsen gebouwd voor een 3000 of 4000 sappies, (inlandsch vee) karbouwen en schapen, benevens tribunes voor de gasten en twee muziektentjes. In 't midden waren twee renperken gemaakt, één voor de paarden- en één voor de stierenraces, en daaromheen waren buffetten aangericht voor inlanders zoowel als voor Europeanen, verder stonden er draaimolens, een tentje waar eenige dikke kinderen werden tentoongesteld, en een ander, waar een meisje zonder armen te zien was, tout comme chez nous. Het geheel was fraai versierd en aan den ingang was een groote eerepoort opgericht.
Toen wij er kwamen, was de tentoonstelling juist geopend door den resident van Madoera, daarna begonnen de stierenraces; dit echt Madoereesch volksvermaak is interessant en tevens hoogst kluchtig, vooral door de dolle opgewondenheid der winners. Twee span loopen om 't hardst, de dieren zijn door een houten juk achter den kop verbonden; aan dat juk zit een soort van ploeg, doch zonder mes, zoodat het gemakkelijk over den grond glijdt. Ofschoon zulk een ploeg heel klein is, vindt een inlander toch nog gelegenheid om er zich op staande te houden en de stieren te besturen door middel van een touw, dat door hun neusgaten is getrokken. Aardig was het, om te
| |
| |
zien hoe die dieren opgetuigd waren met pluimen, belletjes, kwasten, enz., waarmede hun hoofdstellen en buikbanden overvloedig versierd waren. Bij sommige waren de horens met laken omwoeld, waaraan belletjes vroolijk rinkelden. De meeste stieren waren pracht-exemplaren, hun kleur was over 't algemeen lichtbruin en de uitdrukking hunner oogen intelligenter dan die van ons vee.
De geïmproviseerde Jockeys vuurden hun beesten aan, door hen op den rug te kloppen, knoopen in hun staart te leggen en vooral door hard te schreeuwen. Zoodra 't eerste span aangekomen was, sprong de voerman van zijn ploeg af en begon de zotste sprongen te maken, tot hij door zijn dessahoofd voor de commissie gebracht werd om den prijs in ontvangst te nemen, bestaande uit een hoofddoek, een baadje of een sarong. Daarna begon de bekroonde weer te dansen en te springen, en maakte daarbij zulke potsierlijke bewegingen, dat een Engelsche of Amerikaansche clown er door overbluft zou zijn geweest. Ook de omstanders waren zeer opgewonden en de geestdrift was algemeen.
Na de stieren waren de paarden aan de beurt, er werden eenige wedrennen gehouden, die echter niet veel te beteekenen hadden.
Zoo langzamerhand was het twaalf uur geworden en begon het tropische zonnetje zóó heerlijk te branden, dat een langer verblijf in de open lucht minder wenschelijk werd.
Toen de regent, een goedige zestiger, dus voorstelde, om naar zijn huis te gaan, namen wij zijn aanbod gaarne aan en weldra zaten wij met de overige Europeesche gasten en eenige Javaansche en Madoereesche grooten aan een wel voorziene rijsttafel. De toon, die er heerschte, was heel aangenaam, en het gastmaal verschilde niet veel van
| |
| |
een in Europa, de rijstspijzen dan uitgezonderd. Na 't eten gingen wij naar de ons aangewezen kamer voor ons middagdutje, iets wat in Indië een vast nummer uitmaakt van 't programma van den dag.
Den namiddag brachten wij kalm door, daar wij ons frisch wilden houden voor 't feest 's avonds; te acht uur gebruikten wij een eenvoudig diner, en te negen uur begon de partij.
De regent ontving 't gezelschap in zijn pendoppo, een ruime zaal, die van boven en op zij open was; het erf er om heen was met lampions en vetglaasjes verlicht, terwijl er bovendien twee eerepoorten waren opgericht.
Er werd een weinig gedanst en veel gespeecht, te twaalf uur werd er een wandelend souper rondgediend, waarvan 't menu was:
Caisses Volaille et Ris de Veau
Farci de Veau truffée
Timbale de pigeons à la Française
Punch à la Madura
Oie Truffée
Compôte
Salade Mayonnaise
Charlotte Russe.
Ge ziet dus, dat wij in Indië nu juist niet geheel van rijst en klappers leven, zooals men in 't moederland wel eens denkt. Gedurende den avond werden er ook allerlei ververschingen rondgediend.
Den volgenden morgen begonnen de races weer en namen wij een kijkje op de tentoonstelling; wij bewonderden de reusachtige karbouwen, die in huid en kleur veel hebben van olifanten, vervolgens een bizonderheid
| |
| |
van Madoera, nl.: schapen, wier staarten bijna even breed zijn als hun lichaam. Voor 't overige was er niet veel te zien.
Evenals den vorigen dag rijsttafelden wij bij den regent, bij wien wij ook 't diner gebruikten dat uitstekend was, en waarbij eenige toasten in 't Maleisch werden uitgesproken.
Te halftien ongeveer reden wij naar de sociëteit, waar wij onder vroolijken kout en dans tot vier uur bijeenbleven.
En hiermede waren de feestelijkheden afgeloopen; den volgenden ochtend vroeg vertrokken wij, ditmaal in den reiswagen van onzen gastheer, die met vier paarden bespannen was (nl. de wagen). Na een hartelijk afscheid, verlieten wij de gastvrije woning, en na een warme reis kwamen wij weer te Soerabaia terug, dankbaar voor de kleine afwisseling in 't anders zoo eentonige Indische leven. - Ik vergat nog te zeggen, dat de nieuwe woning eenvoudig, doch smaakvol was ingericht, er waren meest Europeesche meubelen in en 't zag er gezellig uit.
|
|