| |
| |
| |
Stichtelijke lectuur
door Dr. J.G. Geelkerken
De overvloed, zoowel als de verscheidenheid van hetgeen alleen reeds in den loop van ongeveer één jaar in ons vaderland aan stichtelijke lectuur - oorspronkelijk èn vertaald werk - van de pers komt, is eenvoudig verbijsterend. Weliswaar, niet alles, wat zich als zoodanig aandient, is inderdaad ook stichtelijk, in den zin van opbouwend voor het godsdienstige, nader het geestelijke leven; er is ook heel wat ‘stichtelijkheid’, die feitelijk ontsticht, en waarvoor men dus goed doet stichtelijk te bedanken. Evenzeer valt het moeilijk nauwkeurig de grens aan te geven tusschen de stichtelijke en de overige lectuur; menige uitgave toch, die b.v. hoogstens bedoelt hulpmiddel te zijn bij het gebruik van stichtelijke lectuur, behoort niettemin hetzij reeds direct door haar vorm of inhoud, hetzij door de verheldering van godsdienstig inzicht, welke zij indirect geeft, toch eigenlijk ook reeds in zekeren zin tot de lectuur, welke als stichtelijke lectuur den welstand en den wasdom van het leven met God en de goddelijke dingen bevordert. Dit alles neemt evenwel niet weg, sluit integendeel in, dat de hoeveelheid stichtelijke lectuur, die doorloopend aan de markt komt en blijkbaar ook gereeden aftrek vindt, kort en goed overstelpend is.
Er zal dan ook in dit korte artikel niet gestreefd worden naar een ook maar eenigszins volledig overzicht van al de met name in het jaar 1935 hier te lande in het licht gekomen stichtelijke lectuur; er zal slechts hier en daar een greep kunnen gedaan worden uit den voorraad. En daarbij zal noch al te angstvallig aan dit jaartal 1935 worden vastgehouden, noch al te nauwkeurig de begrenzing van het begrip ‘stichtelijke’ lectuur in acht genomen worden.
Ik begin met een aantal kleine geschriften te noemen, wier kennelijke bedoeling het is om eenige algemeene leiding te geven bij de verzorging van eigen of anderer religieuze leven. Ik noem als zoodanig: Dr. J.H. Bavinck, Zielszorg aan eigen ziel: Dr. P. Stegenga Azn., Retraite; J. Verkuyl, Gebedsleven;
| |
| |
W.A. Wiersinga, Omgang met den Bijbel; A.A. Wildschut, Levensgeloof en geloofsleven.
In dit verband mag zeker ook gewezen worden op enkele geschriften, die onzen tijd en zijn geestelijken nood spiegelen. Ik denk aan het voortreffelijke geschrift van Prof. Dr. W.J. Aalders, De nood des tijds, dat dit op uiterst zorgvuldige, uitvoerige en deskundige wijze doet en waarvan het dus niet te verwonderen is, dat het binnen korten tijd zijn tweeden druk beleefde. Ik denk ook aan het beknoptere, maar niet minder voortreffelijke geschrift van denzelfden hoogleeraar, met gelijke bedoeling: Jezus Christus en de moderne wereld. Misschien kan hier ook vermeld worden het door N. Basenau-Goemans uit het Zweedsch vertaalde boek van Carl Larson i By, De terugkeer van Christus, dat in romanvorm hetzelfde wil.
De Bijbel neemt in de stichtelijke lectuur de voornaamste plaats in. Daarom laat ik hier volgen de titels van eenige geschriften, die omtrent den Bijbel inlichten. Voor den geheelen Bijbel willen dit het bekende standaardwerk, dat in 1935 in goedkoopen herdruk verscheen: Dr. H.Th. Obbink en Dr. A.M. Brouwer, Inleiding tot den Bijbel, dat zijn uitnemendheid ruimschoots erkend zag, en een ander, dergelijk werk: Bijbelsch Handboek, samengesteld door Dr. G.Ch. Aalders en een aantal andere Gereformeerde theologen, dat nieuw op de markt kwam. Voorts vermeld ik voor het Oude Testament de bundels van D.J. Baarslag Dzn. over Oud-Israël: Woestijnen en Wonderen. Met Mozes van Egypte naar Moab; Baäls en Burchten. Kanaän voor en tijdens den uittocht; Verdeeld land en verdeeld volk. Jozua en de vroegste Richteren. Er is in deze bundels een schat van wetenswaardigheden bijeengebracht voor den bijbellezer. Voor het Nieuwe Testament noem ik: Prof. Dr. A.M. Brouwer, De Zoon des menschen. Inleiding tot de vier Evangeliën, met bloemlezing, veel beknopter, maar waarvan hetzelfde geldt.
Vervolgens zijn er de ‘levens van Jezus’. Eén, Roomsch-Katholiek: M.J. Lagrange O.P., Het Evangelie van Jezus
| |
| |
Christus, geautoriseerde vertaling door J. Nolet Pr., met een inleiding van Prof. R.L. Jansen O.P., hoogleeraar aan de Keizer Karel Universiteit te Nijmegen; eigenlijk een uitvoerige bijbelsche geschiedenis van het Nieuwe Testament. En één van Protestantsche hand: J.C. Helders, Het leven van den Koning, bewerkt naar Basil Mathews, A life of Jesus; in meer vrijen verhaaltrant. Beide zijn overvloedig geïllustreerd, het eerste met penteekeningen van Jo Schijnder, het laatste met tal van afbeeldingen, waaronder fraaie gekleurde, van het Heilige Land en bijbelsche antiquiteiten. Een derde werk: Henriëtte Brey, Joseph ben David, uit het Duitsch vertaald door J. Sommer Pr., geeft in romanvorm een levensgeschiedenis van Jezus' pleegvader Jozef, maar staat heel wat verder van het sobere evangelie-verhaal af.
Bijzondere belangstelling verdient de pracht-uitgave: Frank Scholten, Palestina. Bij een menigte citaten uit Bijbel, Talmud en Koran geeft dit kostbare werk een overvloed van platen naar foto's uit Palestina. Er verscheen nog slechts één deel: De Toegangspoort. Jaffa, met niet minder dan 449 afbeeldingen.
Als overgang tot de eigenlijke stichtelijke lectuur in engeren zin, en in het vertrouwen zoodoende toch niet geheel buiten het kader van dit artikel te geraken, maak ik hier melding ook van de volgende uitgaven: Emil Brunner, Ons geloof, een korte, populaire, meesterlijke uiteenzetting van de christelijke leer; Dr. G.H. van Senden, Typen van religie, een beknopte beschouwing en waardeering uit religieus-monistisch gezichtspunt van Oostersche, Joodsche, Christelijke en Germaansche religie; Dr. J.P. Cannegieter, De mensch en zijn God, beschouwingen over den gang en voortgang van het ‘Uurwerk der religie’. Ook is het hier wel de plaats om te noemen: Dr. M.J. Langeveld, Wegen tot God, een bewerking van E.R. Appleton, An outline of religion for children; het werk, kwistig geïllustreerd, beoogt aan jonge menschen eenige kennis bij te brengen van de verschillende godsdiensten der wereld.
En nu de eigenlijke stichtelijke lectuur! Van de godsdienstige
| |
| |
dagboeken, die nieuw verschenen, noem ik er drie. Vooreerst dat, samengesteld door een twaalftal Gereformeerde predikanten (H.A. Wiersinga e.a.): Heden, zoo gij Zijn stem hoort; bijbelsch dagboek. Het geeft korte overdenkingen van een Schriftwoord voor elken dag van het jaar; ieder der samenstellers nam één maand voor zijn rekening. Dan: Aan de Levensbron, troostboek; eveneens samengesteld door, nu zes, Gereformeerde predikanten; evenals het voorgaande hoogstaand en over het algemeen frisch werk; eigenlijk geen dagboek, want het bevat Schriftoverdenkingen voor iedere week van het jaar. In de derde plaats: een oecumenisch dagboek: Opdat zij allen één zijn, dagboek samengesteld door J.C. Helders. Er is aan medegewerkt door hoogleeraren, predikanten, evangelisten, zendelingen en gemeenteleden van niet minder dan vijftien kerkgemeenschappen, het Leger des Heils en de In- en Uitwendige zending. De schrijvers der korte stukjes wonen in Nederland, Oost- en West-Indië, België, Engeland en Zuid-Afrika. De overdenkingen zijn gerangschikt naar den achtereenvolgenden inhoud van het Oude en van het Nieuwe Testament; een afzonderlijk deel: Bijzondere tijden, eenigszins vreemd beginnend met den Lijdenstijd, is bedoeld voor het kerkelijk jaar.
Van het kerkelijk jaar gesproken! Bij dezen boekenschouw trekken onze aandacht voor den Adventstijd en den Kersttijd: de even leerzame als stichtelijke adventsoverdenkingen van Prof. Dr. A.M. Brouwer, Christus komt; een gemoedelijke Kerstboodschap voor alle menschen van Dr. J.H. Gunning JHzn., die voor het jaar 1935 eveneens een hartelijken Oudejaarsavondbrief schreef, voorafgegaan door enkele gedichten van J.D. van Oosten; voorts een origineele en diepzinnige Kerstbrief van Dr. K.H. Miskotte, 't Liep tegen het nieuwe jaar; en tenslotte de schoone Kerstbundel Zonnezege, voor het Kerstfeest en den Oudejaarsdag samengesteld door A.L. van Hulzen uit een aantal literaire bijdragen in proza en poëzie (novellen, schetsen, gedichten) en waaronder ook
| |
| |
stichtelijke overdenkingen van de predikanten A.K. Straatsma en A.G. Barkey Wolf en religieuze gedichten van Helène Swarth, Willem de Mérode e.a. worden aangetroffen. Voor den Lijdenstijd vraag ik de aandacht voor den uitnemenden bundel: Aan het Kruis, meditaties over de zeven kruiswoorden, samengesteld door A.K. Straatsma met medewerking van nog zes andere Ned. Herv. predikanten; voor het uit het Duitsch vertaalde werkje van Dr. E. Schlink, De Gekruisigde spreekt, een uitlegging van Jezus' woorden aan het kruis; en vooral voor de machtige Lijdensmeditaties van den radioredenaar pater H. de Greeve, door hem uitgesproken in den Vastentijd van het jaar 1934 en thans gebundeld uitgegeven onder den titel: Het Meetsnoer, superieur, modern predikwerk.
Heel het kerkelijk jaar bestrijken: Dr. Pius Parsch, Het jaar des Heeren, onze weg door het kerkelijk jaar, voor Nederland bewerkt en aangevuld door den Rector van de Benedictinessen te Oldenzaal. Dit werk - verschenen zijn nog alleen Deel I Kerstkring en Deel II Paaskring - geeft een toelichting bij de kerkelijke viering van elken liturgischen dag, benevens inlichtingen omtrent den heilige, wiens naamdag het dan is. Iets dergelijks bedoelt Emil Fiedler, Burgers van het Rijk Gods, eigentijdsche gedachten bij de evangeliën der Zon- en feestdagen, vertaald door Cor Hesseling, in 1935 verschenen; Korte overwegingen voor alle dagen des jaars van Moeder Clara Fey, uit het Duitsch vertaald door Victor Kissels; en het eveneens reeds voor eenige jaren uitgegeven Met de Kerk van Mother Mary Loyola, vrij bewerkt naar het Engelsch door M.C. van Zaanveer. Maar de beide laatste doen het uitsluitend in den vorm van overdenkingen, hoofdzakelijk van bijbelwoorden.
Toelichtingen en overdenkingen bij het Missaal, met name dat gebruikt wordt bij de Zondagsmissen, geeft Z. de Korte, professor in de liturgie aan het Theologicum te Warmond, in zijn Levenswijding door de Zondagsmis. Als Protestantsche uitgave kan hiernevens nog steeds genoemd worden:
| |
| |
G. Posthumus Meyes, Korte overdenkingen voor den Zondag, met een inleidend woord van wijlen Prof. Dr. A.J.Th. Jonker.
Zonder onmiddellijk verband met het kerkelijk jaar zijn de Schriftoverdenkingen: Jacob Kroeker, Alleen met den Meester, vertaald door E. Barth-van Marle; Die op Hem wachten, een bundel overdenkingen van de ontslapen Bussumsche evangeliste M. van Woensel Kooy; Lichtdragers door een zuster van Nôtre Dame van Namen, vrij vertaald door M.C. van Zaanveer; en de beide reeksen: Kruimels van 's Meesters disch door Dr. Jos Keulers. Afzonderlijk behooren nog te worden genoemd geschriften, gewijd aan bepaalde bijbelgedeelten of bepaalde bijbelsche figuren. Ik vermeld o.a. het pittige en origineele De Patriarchen van H.W. Creutzberg; den tweeden, goedkoopen druk van J.J. Buskes Jr., Job, een van leven tintelende, stichtelijke paraphrase van het gelijknamige bijbelboek; de kernachtige, korte toelichting op hetzelfde boek der H. Schrift: Prof. Dr. H.Th. Obbink, Over het boek Job; voorts P.B. Westerdijk, Bijbelsche gestalten, korte doorwerkte schetsen van een groot aantal bijbelsche figuren; H. Veldkamp, De boer van Tekoa, overdenkingen over de eerste twee hoofdstukken van den profeet Amos; drie geschriften over Gelijkenissen van Jezus: Dr. O. Noordmans, Dingen die verborgen waren, Dr. P. Stegenga Azn., De verloornen en de Goede Herder, Prof. Dr. J.A. Cramer, De toekomst des Heeren; en G.J. Sirks, Het Onze Vader, een fijnzinnige overweging van het Allervolmaaktste Gebed. Misschien is het hier ook de geschikte plaats om nog eens opmerkzaam te maken op Mr. Roel Houwink, Zie, de dagen komen, een bundel wijdingswoorden voor gezin en vereeniging; het is een verzameling van met zorg gekozen fragmenten uit den Bijbel en uit de klassieke en andere gewijde christelijke literatuur, ten dienste van gelegenheden,
waarbij behoefte gevoeld wordt aan een korte, godsdienstige wijding.
Een eigen categorie vormen de uitgaven, die ons het leven en het werken beschrijven van belangrijke personen op eenig
| |
| |
gebied van godsdienstig leven en arbeiden. Ik meen, dat het te verdedigen valt, ook zulke uitgaven in dit artikel ter sprake te brengen. En ik noem dan ook b.v. voor het gebied der zending: Dr. Ir. H.G. van Beusekom, William Carey, grondlegger der hedendaagsche zending; J. Henzel, Sir Wilfred Grenfell, zendingsdokter van Labrador; H.A.C. Snethlage, Albert Schweitzer, de man die tot allen spreekt; G.F. Andrews, En hij volgde Hem, Sadhu Sundar Singh, een persoonlijke herinnering (vertaald door Johanna E. Kuiper). Voor het terrein der kerkelijke werkzaamheid voeg ik er aan toe: A.G. Barkey Wolf, C.H. Spurgeon en zijn boodschap aan ons - dezelfde gaf ook onder den titel: Laat uw licht schijnen een uittreksel uit de bekende toespraken van den vermaarden Engelschen prediker over ‘kaarsen’ - en Dominee Lax van Poplar, 25 jaren predikantsleven in de slums van Londen (vertaald door Johanna E. Kuiper; met een inleidend woord van Prof. Dr. M.H.A. de Vrijer). Hier vinde ook een plaats de biografie, welke C.J. Middelberg-Idenburg over haar vader schreef: A.W.F. Idenburg, met een inleiding van Dr. H. Colijn; zij voert binnen in het intieme leven van dezen voor kort ontslapen Christen. Tenslotte zij hier nog gewezen op het bemoedigende boek van O.L. van der Veen, Het Christendom marcheert, dat op bezielende wijze den gang van het Christendom door de wereld schetst, van het begin af tot in onzen tijd.
Stichtelijke lectuur, bedoeld voor bepaalde personen in bepaalde omstandigheden, hoewel toch ook weer niet voor hen alleen, is het keurige bundeltje van Dr. O. Norel Jzn., De ster in 't stag, waarin deze predikant-directeur van het Ned. Herv. Diakonessenhuis te Amsterdam een aantal van de korte overdenkingen bijeenbracht, welke hij wekelijks aan de patiënten uitreikt. Ook B. ter Haar Romeny H. Jzn., Het licht in dagen van rouw. Dan het teedere boek van Dr. J.H. Gunning J. Hzn., De morgenstond nadert, een troostboek voor christenen in den avond des levens, vrij bewerkt naar Gustav
| |
| |
Weller, Alterstrost, ein Buch für den Lebensabend; een rijke verzameling van meditaties, gebeden, losse gedachten, verzen en grafschriften. Een schoon, eenvoudig boekje over het lijden schreef Bar.sse E. van Boetzelaer van Dubbeldam-van der Hoop van Slochteren, Het bloeiende Kruis, door E. Stanley Jones van een voorwoord voorzien. Vermelding verdient hier ook de Nederlandsche vertaling van de radio-preek, welke Leslie D. Weatherhead, op Paaschzondag 1935 uit zijn kerk te Leeds uitzond: Op de plaats, waar Hij gekruisigd werd, met de strekking: bij elke plaats van lijden ligt een tuin, waarin schoone bloemen kunnen worden gekweekt. Tenslotte vermeld ik nog het tweedeelige Roomsch-Katholieke werkje: Licht over lijden en dood, twee bloemlezingen van J. Grond, ingeleid door Drs Steph. Wevers S.M.M., één uit de H. Schrift en één uit de geschriften van de H. Vaders en uit de liturgie, vooral bestemd voor zieken en lijdenden; terwijl in dit verband ook worde genoemd Het boek der zieken, samengesteld door Ellen Russe, met een voorwoord van wijlen Mgr. J.D. Aengenent, bisschop van Haarlem, en een inleiding van pastoor L.J. Willenborg te Bloemendaal, dat volledig inlichtingen geeft over het door laatstgenoemde gestichte ‘zieken-apostolaat’.
Van oudsher hebben mystieke geschriften een belangrijke plaats ingenomen onder de stichtelijke lectuur. Zoo worde dan in dit overzicht ook vermeld: P. de Jaegher S.J., Mystieke bloemlezing, vrij naar het Fransch en uitgebreid door J. Sommer pr. Dit waardevolle werk licht in over tal van mystieken, van de 12de eeuw tot op onzen tijd toe, en geeft een aantal belangrijke citaten uit hun geschriften. Als voorbeelden van hedendaagsche, Roomsch-Katholieke, mystieke literatuur noem ik: Met Jesus, een bundel Christusgedachten uit de Engelsche mystiek door een Karthuizer, uitgegeven en ingeleid door Jos. van Wely O.P.; de vele vertalingen door M.C. van Zaanveer van geschriften eener zuster van Nôtre Dame van Namen en van Mother Mary Loyola als o.a.: Wijnstok en rank; De nachtwake der bruid; Vertrouwen; benevens de beide geschriften
| |
| |
van Oscar Huf, S.J., wier inhoud zich voornamelijk rondom St. Theresia-van-'t-Kindje-Jesus beweegt: Als 'n kind en: Weer terug naar het kind!
Dit overzicht der stichtelijke lectuur zou, ook in zijn noodzakelijke beperking, niet genoegzaam volledig zijn, wanneer het geheel zweeg over de religieuze poëzie. Daarom noem ik allereerst twee kleine bundels verzen, een Protestantsche van E. Voorhoeve-van Oordt, Guldenroede, en een Roomsch-Katholieke: M.Z., Den Koning mijn lied, in welke beide men meer dan één gevoelig, godsdienstig lied zal aantreffen. Hetzelfde geldt van Roel Houwink, Witte velden, een beknopten bundel poëzie van meer moderne allure dan de twee zoo juist genoemde. En dan is er tenslotte in een nieuwe uitgave de zeer waardevolle bloemlezing Geestelijke liederen, door Willem de Mérode samengesteld uit den schat der Nederlandsche religieuze poëzie van alle tijden.
| |
Biografische bijzonderheden omtrent den schrijver van dit artikel:
Dr. J.G. GEELKERKEN werd 1879 te Alkmaar geboren. Na te Utrecht de Lagere school en te Amsterdam het Gereformeerd Gymnasium te hebben bezocht, studeerde hij theologie aan de Vrije Universiteit in laatstgenoemde stad en promoveerde daar in 1909. Predikant te Epe(Gld.) van 1911-1915, daarna te Amsterdam-Zuid van 1915 tot heden. Hij is redacteur van de Overtoomsche Kerkbode en eindredacteur van het Gereformeerde Weekblad Woord en Geest.
Geschriften: De empirische godsdienstpsychologie; proefschrift. Met Christus; drie toespraken met Dr. M.J.A. de Vrijer en Dr. P. Stegenga Azn. Levensraadsel en Levenshouding; het boek Prediker. Preeken o.a. in de serie's Menigerlei genade en De komst van het Koninkrijk.
Voorts: brochures en artikelen in verschillende periodieken.
|
|