Opdracht aan Broer Cornelis

[p. 22]

Bibliografie

-	Arnold, Th.J.: ‘Broer Cornelis Adriaensz. van Dordrecht, Een pleidooi’. In: De Dietsche Warande, Nieuwe reeks 2 - nr. 2 (1877), p. 117-170; nr. 3 (1877), p. 256-283; nr. 4 (1878), p. 248-387 [lees: p. 344-387]; nr. 5 (1878), p. 421-453; nr. 6 (1879), p. 555-575.
-	Bosch, L.J.M.: Petrus Bertius 1565-1629. Meppel, 1979. (Diss. Nijmegen).
-	Bostoen, K.: ‘De historie van Broeder Cornelis, Cornelis den Hisper’. In: Meta, Mededelingenblad voor neerlandici in Leiden 15 (1981), p. 69-74.
-	Bostoen, K.: ‘Broer Cornelis en zijn historie: een politieke satire’. In: Literatuur 1 (1984), p. 254-261.
-	Bostoen, K.: ‘Christoffel Plantijn en Jan van Hout in 1583-1585, Opmerkingen naar aanleiding van hun vriendschap’. In: De Gulden Passer 66-67 (1988-1989), p. 61-85.
-	Elsevier, W.I.C. Rammelman: ‘De voormalige drukkerij op het Raadhuis der stad Leyden, A^o. 1577-1610, medegedeeld in de maandelyksche vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde’. In: Nieuwe Reeks van Werken van de Maatschappy der Nederlandsche Letterkunde te Leiden Dl.10 (1857), p. 273-293.
-	Elsevier, W.I.C. Rammelman: ‘Broêr Cornelis en Jan van Hout’. In: De Navorscher 10 (1860), p. 219-221.
-	Elsevier, W.I.C. Rammelman: ‘Oordeel over de rederijkers, door Jan van Hout, secretaris van Leyden’. In: De Rederijker, Tijdschrift voor leden van rederijkers-kamers, vereenigingen en genootschappen ter bevordering van uiterlijke welsprekendheid enz. 7 (1860), p. 16-18.
-	Erasmus, D.: Ausgewählte Schriften. Lateinisch und Deutsch. Ed. W. Welzig. Darmstadt, 1967-1980. 8 dln. (Wissenschaftliche Buchgesellschaft).
-	Erasmus, D.: Collected Works. Dl. 27. Ed. A.H.T. Levi. Toronto [etc.], 1986.
-	Ford, Ph.J.: George Buchanan, Prince of Poets, with an Edition of the Miscellaneorum Liber. Ed. Ph.J. Ford en W.S. Watt. Aberdeen, 1982.
-	Heesakkers, C.L.: Janus Dousa en zijn vrienden. Leidraad bij een tentoonstelling georganiseerd door de Leidse universiteitsbibliotheek in het Leidse Gemeentearchief van 20 augustus tot 15 september 1973. Leiden, 1973, p. 14-17.
-	Heesakkers, C.L.: Praecidanea Dousana, Materials for a biography of Janus Dousa Pater (1545-1604), His youth. Amsterdam, 1976. (Diss. Leiden).
-	Ingen, F. van: ‘Die niederländische Nationalliteratur im Kontext der konfessionspolitischen Auseinandersetzungen auf der Wende vom 16. zum 17. Jahrhundert’. In: Nation und Literatur im Europa der Frühen Neuzeit. Akten des I. internationalen Osnabrücker Kongresses zur Kulturgeschichte der Frühen Neuzeit. ed. Kl. Garber. Tübingen, 1989, p. 576-594. (Reeks Frühe Neuzeit, 1. Studien und Dokumente zur deutschen Literatur und Kultur im europäischen Kontext).
-	Kernan, A.: ‘A Theory of Satire’. In: A. Kernan: The Cankered Muse: Satire of the English Renaissance. New Haven 1959, p. 1-36. (Yale Studies in English, 142). Ook gepubliceerd in: Satvra, Ein Kompendium moderner Studien zur Satire. Ed. B. Fabian. Hildesheim [etc.] 1975, p. 142-177.
-	Koppenol, J.: Ten vordernisse van de Loterye, Jan van Hout en het Leidse rederijkersfeest van 1596. Doctoraalscriptie Vakgroep Nederlands, RU Leiden 1989. (Niet gepubliceerd).
-	Koppenol, J.: ‘(Naasten-)Liefde es tFondament, De Leidse rederijkers en de loterij van 1596’. In: De Zeventiende Eeuw 6 (1990), p. 27-33.
-	Mak, J.J.: De rederijkers. Amsterdam, 1944.
-	Marnix van Sint Aldegonde, Ph. van: De Bijenkorf der H. Roomsche Kerke, Met inleiding en varianten. Ed. A. Willems. Brussel, 1858. 2 dln.
-	Martyn, J.R.C.: ‘George Buchanan's Franciscanus’. In: Acta conventus neo-Latini Amstelodamensis: proceedings of the second International congress of Neo-Latin Studies, Amsterdam 19-24 August 1973. Ed. P. Tuynman, G.C. Kuiper en E. Kessler. München, 1979, p. 721-746. (Humanistische Bibliothek, 1. Abhandlungen, 26).

[p. 23]

-	McFarlane, I.D.: Buchanan. London, 1981.
-	Nijenhuis, J.T. Bodel: ‘Verslag van de verrigtingen der Commissie voor Geschied- en Oudheidkunde, over 1856-1857’. In: Handelingen der jaarlijksche algemeene vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden Leiden, 1857. p.47-55.
-	Pater, J.C.H. de: Jan van Hout (1542-1609), Een levensbeeld uit de 16e eeuw, 's-Gravenhage, 1946.
-	Prinsen J.Lzn., J.: ‘Bronnen voor de kennis van leven en werken van Jan van Hout’. In: Tijdschrift voor Nederlandsche taal- en letterkunde 22 (1903), p. 203-239; 23 (1904), p. 193-256; 25 (1906), p. 161-189; 32 (1913), p. 188-209; 35 (1916), p. 298-313.
-	Prinsen J.Lzn., J.: De Nederlandsche Renaissance-dichter Jan van Hout. Amsterdam, 1907.
-	Prinsen, J.Lzn., J.: ‘Jan van Hout’. In Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek Dl. 2 (1912), kolom 608-612.
-	Schrevel, A.C. de: ‘Histoire du Séminaire de Bruges’, In: Handelingen van de Maatschappij voor de studie van de Geschiedenis, voorheen ‘Société d'Emulation’ te Brugge 4e reeks, dl.10 [dl.37 van de collectie] (1887), p.1-977.
-	Sloots, C.: De minderbroeders te Leiden, Ter dankbare herdenking van hun 500 jarig verblijf in deze stad. Rotterdam, 1947.
-	Troeyer, B. de: Bio-bibliographia Franciscana Neerlandica saeculi XVI. Nieuwkoop, 1969-1970. 2 dln.
-	Tuynman, P.: ‘Petrus Scriverius. 12 January 1576 - 30 April 1660’. In: Quaerendo 7 (1977), p.4-45.
-	Witkam, H.J.: De dagelijkse zaken van de Leidse universiteit van 1581 tot 1596, Leiden 1970-1974. 10 dln.
-	Witstein, S.F.: Funeraire poëzie in de Nederlandse letterkunde, Enkele funeraire gedichten van Heinsius, Hooft, Huygens en Vondel bezien tegen de achtergrond van de theorie betreffende het genre. Assen, 1969. (Neerlandica Trajectina, 17).
-	Worp, J.A.: Geschiedenis van het drama en van het tooneel in Nederland. Rotterdam, 1903-1908. 2 dln.