166 Ed. Hoornik aan A.A.M. Stols, 4 januari 1941
[Amsterdam,] 4-I [19]41
Beste Sander,
Hierbij zend ik je de gedichten, die betrekking hebben op den oorlog, en na 10 Mei gepubliceerd zijn. Het komt mij voor, dat de bundel nog al flink wordt, tenminste wanneer alle hierbij gaande gedichten worden opgenomen. Ik stel daarom een selectie voor; de samenstelling van den bundel, in alphabetische volgorde, gaat hierbij.Ga naar eind611 De hierin niet opgenomen gedichten sluit ik toch in, omdat ik niet weet, hoe de omvang mag zijn. Deze ontving ik graag terug.
Met hartelijke groeten
Je Eddie
N.B. Eenige van bijgaande gedichten worden eerst in de komende maanden gepubliceerd o.a. in ‘Het Geschenk’ en in ‘Criterium’.Ga naar eind612
|
-
eind611
- Dit lijstje is niet achterhaald. In het archief van de Nederlandsche Vereeniging voor Druk- en Boekkunst is de inhoudsopgave van Een verzenboek uit 1940 aanwezig, die het Departement van Volksvoorlichting en Kunsten kreeg gepresenteerd. Het was de bedoeling dat de volgende gedichten in de bundel zouden worden opgenomen: ‘Waterlinie’ van Anthonie Donker, ‘Vol de nuit’ von E. den Tex, ‘De laatste brief’ van Bertus Aafjes, ‘Wot deert te sterven’ van Nes Tergast, ‘Na oorlog’ van A. Marja, ‘Oorlog’ van Ed. Hoornik, ‘Ballade van de evacuatie’ van J.W.F. Werumeus Buning, ‘Marsman’ van G. Achterberg, ‘Het Wachtwoord’ van Han G. Hoekstra, ‘Waar bleef de Schoonheid.? - Zij, die boeken halen,’ van A. Roland Holst, ‘Rotterdam’ van W. Hussem, ‘Doodenmarsch’ van Clara Eggink, ‘Rotterdam’ van J.C. Bloem, ‘Sonnet’ (‘Nu er geen plaats bleek voor uw oud karkas’) van P.C. Boutens en ‘Kerstiiedje’ van G.A. van Klinkenberg.
Op 1 juli 1941 zou Hoornik aan J.F. van Royen schrijven, dat ‘In Memoriam H. Marsman’ van Jan Engelman niet geschikt was en dat Gerard Wijdeveld geen verzen had. Hij zond met de brief het zesde gedicht uit de serie ‘Voor Dag en Dauw’ (‘De kamer hardt de lucht niet langer van’) van M. Nijhoff mee, ‘dat U wellicht, als een soort van preludium, aan de andere gedichten kunt laten voorafgaan.’
-
eind612
- Bedoeld is het door Emmy van Lokhorst en Victor E. van Vriesland samengestelde Novellen en gedichten. Geschenk ter gelegenheid van de Nederlansche Boekenweek 1-8 maart 1941, dat onder meer poëzie van Bertus Aafjes, G. Achterberg, Ciora Eggink, Han G. Hoekstra, Ed. Hoornik, Max Nord, Eric van der Steen en M. Vasalis bevatte. De novellen waren afkomstig van Theun de Vries, Henriëtte van Eyck en Hidde Heringa.
Alleen het gedicht ‘Na oorlog’ van A. Marja werd ook in Novellen en gedichten opgenomen (p. 13).
Van de genoemde gedichten hebben in Criterium gestaan: ‘Marsman’ van Achterberg, ‘Het wachtwoord’ van Hoekstra, en ‘Vol de Nuit’ van E. den Tex.
|