22 Technicolor
wordt door kleine vlootjes gebeten,
Supersymmetrie is wiskundig heel mooi, en daarom staat de vakliteratuur er bol van. Zoals we ook eerder ervaren hebben, bijvoorbeeld bij het opstellen van de Yang-Millstheorie, hebben we dus een prachtig wiskundig schema, waarvan we alleen niet weten hoe het in ons stelsel van natuurwetten zou moeten worden ingepast. Het een en ander klopt nog niet, maar, zo zou je kunnen hopen, dat komt later wel.
Er is nog een heel ander scenario, dat eigenlijk veel meer tot de verbeelding spreekt. We hebben gezien dat atomen uit kleinere bouwsteentjes bestaan, de protonen, neutronen en elektronen. En daarna hebben we ontdekt dat de eerste twee daarvan ook weer een verdere substructuur hebben: ze bestaan uit quarks en gluonen. Waarom, zo zult u misschien al gedacht hebben, gaat dat niet zo door? Misschien zijn die quarks en gluonen, en ook de elektronen en alle andere deeltjes die in het standaardmodel ‘elementair’ worden genoemd, uiteindelijk ook weer opgebouwd uit nog kleinere legoblokjes?
U zou niet de eerste zijn met deze gedachte. Ik vertelde al hoe Jonathan Swift de wereld van het kleinere zag als een kopie van de wereld van het grote. Grote vlooien hebben kleine vlootjes op hun huid, enzovoorts, tot in het oneindige. Wel, zoals de bioloog u zou vertellen dat je de wereld van de vlooien toch een beetje genuanceerder moet zien, zo moet ik u ook zeggen dat het beeld van een repeterende reeks van bouwstenen voor elementaire deeltjes niet zonder meer juist kan zijn.
Laten we eens kijken naar die quarks in een proton. De quan-