Op de verduitsching van Lucanus
Door den heere Storm.
Lucanus. Libertas ultra - Rhenum - recessit Germanum - bonum.
En wt verwoetheidt komt in haeren bosem wroeten,
5[regelnummer]
Waer door de staet, die stondt, als hemelhooghe boom
Wiens breede schaduw kan des middaghs brandt versoeten,
'T afknotten deerlijck van haer kroon heeft lijden moeten:
De vrijheidt ongewoon in burgerkrijgh te dujren
Haer over Rijn, en kreegh in Duitsche taelen smaeck.
Des sich verheught Lucaen, wiens overvrije dichten
|
-
voetnoot+
-
Hoe dat de Roomsche maght. Volgens hs. A. Gedrukt voor ‘M. Annaeus Lucanus, van 't Borger Oorlogh der Romeynen tusschen C. Julium Caesarem en Gn. Pompejum Magnum, overgeset in Nederlands rymdicht door D. Heyndrick Storm, t' Amsterdam by Michiel Colyn, Boeckverkooper op 't Water ao. 1620’ in 4o. Storm, geboren te Delft, was van 1594 af raad en advocaat-fiscaal der admiraliteit van Amsterdam.
-
voetnoot4)
-
averecht, verkeerd; tegen zich zelf gericht; groom, ingewand.
-
voetnoot8)
-
en streeft gelijck een waterstroom, in gloedvollen, vloeienden stijl.
-
voetnoot14)
-
meester, leermeester (omdat hij Lucanus door de vertaling Duitsch leerde spreken).
|