De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3
(1979)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdDerde deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 707]
| |
1279 (P.C. Hooft aan C. Barlaeus.)1Mijn Heere,
2Dank hebbe UEd. voor 't lekker banket der nieuwmaaren. Ik heb 3 'er heeden mijn gasten meê gefesteert. Zoo UEd. met meer danks 4 gedient is, ik verzeeker mij dat UEd. dien bij mijnen schoonbroeder 5 Cloek zal vinden. d'Andre zijn noch hier. Nu zend ik de leedigeGa naar eind5 6 schootel te rug: gelijk eenen andren aan Heere ende Neeve van 7 Wikkevoort. Doch daarbij gaat een smeekschrift, dat UEd. meedeGa naar eind7 8 Ga naar margenoot+ raakt, de welke gelieve de handt aan een' goede kantteekening teGa naar eind8 9 houden, ende in UEd. beste gunste,Ga naar eind9 10Mijn Heere, 11Uwer Ed. 12Onderdaanen, toegedaanen 13dienaar 14P.C. Hóóft. 15Ter vlucht, van den Huize te Muide, den 12 Augustus, op den 16 ouden avondt, om morgen vroeg bestelt te worden, op dat UEd.Ga naar eind16 17 en d'andre Heeren, dewijl 't vertrek naa den Haag noch wat 18 aanloopen zal, te meer tijdts moogen hebben tot neemen van 19 een goedt besluit, tot noch een' sprong herwaarts oover.
Lopende zaken. Vgl. 1278. |