De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3
(1979)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdDerde deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 411]
| |
1100 (P.C. Hooft aan J.A. Ban.)1Mijn Heere,
2Hier krijght UE. de deuntjes te rug, met mijn' aanteekeningen op 3 den kant. Oft UE. hier en daar, een silbe afsnoeit oft inent, desGa naar eind3 4 kreun ik mij weinigh: al zoud'het ook den zin zwakken; wen het 5 dien slechts niet verleemt. Dat UE. zich gewaardight heeft, mijneGa naar eind5 6 waterlandsche Muzen in't pak te steeken; daar over vind ik mij tenGa naar eind6 7 hooghste aan UE. verplicht: hoewel niet zonder zorge, dat dit 8 hoofsche gewaadt haare boersheit maar te meer beschaamen zal. 9 Ook blijf ik UE. grooten dank schuldigh, voor de geneught, mij 10 gegunt te raapen uit dien wonderlijken brief aan de hoogh-Ga naar eind10 11gedachte Joffrouwe Schuurmans: waar in UE. met overaandachtige 12 schranderheit, het diepste geheim, uit den grondt der zangkonste, 13 opgraaft, en haare aardighste eigenschappen, met geen' minder 14 aardigheit, ten toon stelt. Dard'ik, die mij wel voor eenen vuurigenGa naar eind14 15 beminner, maar geen' kenner der zelve ken, de vermeetelheit, van 16 zonder ooren in dezen te oordeelen, over mij neemen, ik ontzage 17 mij niet, al de keuren, gemaakt bij zoo groot eenen wetgeever, alsGa naar eind17 18 UE. mij is, met franken gemoede t'onderschrijven. Maar, zijndeGa naar eind18 19 niet dan een leekebroeder en blindt ijveraar, moet mij binnen mijnGa naar eind19 20 schelp houden, met de zelve ootmoedt, waar meê ik aan UE. 21beste gunste beveele, 22Mijn Heere, 23T'Amsterdam, den 2417 van Grasmaandt, 251642. 23UE. 24onderdaanen dienaar 25P.C. Hóóft.
Hooft geeft Ban toestemming voor kleine, de betekenis niet werkelijk aantastende veranderingen in zijn verzen. Hij uit zijn waardering voor Ban en zijn liefde voor de muziek. |
|