981 Ontwerp van een verklaring van trouw aan de statuten en reglementen van de Orde van St Michiel, bestemd voor de kanselier der orde, en ter beoordeling gestuurd aan Abraham de Wicquefort.
1Nous Pierre Cornelisson Hooft, Chastelain de Mude et Baillij de 2 Goijlande, jurons et promettons de bien et fidellement garder et 3 entretenir les statuts et constitutions de l'ordre de Monsr St Michel, 4 auquel il a pleu au Roij Chef et Souverain d'icelluij nous appeller: 5 que, s'il vient a nostre connoissance chose aucune qui peust alterer la 6 grandeur et dignité d'icelluij, Nous nous ij opposerons de tout nostre 7 pouvoir: que, si par fortune (que Dieu ne veuille) estoit en Nous 8 trouvée chose qui fust digne de reprehension, et pour raison de-9quoij Nous fussions contraints ou sommez de rendre ledict Ordre, 10 Nous icelluij remettrons et restituerons incontinent et sans 11 difficulté es mains dudict Sejgneur Souverain ou celuij qu'il aurá 12 commis pour le retirer de Nous, sans jamais pour raison de ce 13 porter aucune haijne ou mauvaise volonté audit Souverain, ou 14 Freres Chevaliers dudict Ordre. Aquoij nous engageons nostre foij 15 et honneur par la presente signée de nostre main et confirmée du 16 cachet de nos armes. Faict au Chasteau de Mude, le premier jour de 17 Septembre de l'an Mil sixcens trenteneuf.
18Pierre Cornelisson Hooft.
vertaling
Wij Pieter Corneliszoon Hooft, Kastelein van Muiden en Baljuw van Gooiland, zweren en beloven, goed en getrouw te bewaken en te onderhouden de statuten en reglementen van de orde van Mijn Here St. Michiel, waarin het de Koning, Hoofd en Souverein van dezelve, behaagd heeft ons te roepen: Dat wij, als er iets tot onze kennis komt dat de grootheid en waardigheid van dezelve zou kunnen verminderen, ons uit alle macht er tegen zullen verzetten: Dat indien bijgeval (wat God verhoede) er in ons iets gevonden werd dat afkeurenswaardig is, en dat reden ware dat wij gedwongen of gesommeerd werden van de genoemde orde afstand te doen, wij dezelve onverwijld en gewillig zullen teruggeven en overdragen aan genoemde Heer Souverein of aan degene aan wie hij zal hebben bevolen hem van ons terug te nemen, zonder om deze reden ooit enige haat of kwade wil te koesteren tegen genoemde Souverein of de Broeders Ridders van genoemde orde.
Waarvoor wij ons geloof en onze eer verpanden door deze verklaring door ons ondertekend en bezegeld met ons wapenstempel.
Gedaan op het Muider Slot, de eerste dag van september van het jaar 1639.
Pieter Corneliszoon Hooft.
Auteursrechtelijk beschermd