De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 954]
| |
889 (W. Schuijl aan P.C. Hooft).1 Mijnen Heere, Dus gereedt staende om opden maeltijt te gaen, die 2 bereijdt is, bij des bruijdegoms Vaeder, vinde mevrouw, onder denGa naar eind2 3 trop der Joufferen die mij oock wat willende festeren seijde dat hetGa naar eind3 4 UE voor lief nemen, soude, wanneer sijn Ed, maer inder haesteGa naar eind4 5 coste verhaelen, de tijdingen, soo der nu liepen, waer van de sekersteGa naar eind5 6 wesende, die ons den Heere Heuft wt Parijs geeft, met brieven van 7 den 25 deser: wegen de veroveringe van Landerseijs, gaet deselveGa naar eind7 8 oock int hooft, doch onvergeselschapt met omstandicheden, dieGa naar eind8 9 ons met den volgenden Post belooft wierden, wanneer oock sullen 10 hooren, wat dje Fransoisen verder voornemen sullen, ende onder-Ga naar eind10 11 tuschen ons in vermaeck houden, met den goeden voortganck, onserGa naar eind11 12 wercken voor Breda, die nu naer het gemeen afmeten al bequaemGa naar eind12 13 sijn, om overloop ofte doorbraecq van weijnige, die haer inde stadtGa naar eind13 14 souden waenen te smijten, te keeren; men seght noch wel wat 15 meer daer aff maer alsoo daer geene brieven van gesien hebbe, stelle 16 het op de schalie, tot naerder onderricht.Ga naar eind16 17 Daer cruijpt een quaeden roep onder de paus-gesinde, van het slaenGa naar eind17 18 ende vernielen van Banniers leger, maer midts alle de brieven vanGa naar eind18 19 Hamborch daer geen gewach af en maecken, hopen dat den 20 gemelten Bannier een veijligher retraitte sal gemaeck<t> hebben. 21 UEd. brief van den 28 deser verheijst beter bescheijt als dit corte,Ga naar eind21 22 soo versoecke daer toe meerder tijdts ende bidde mij onderwijlen 23 te laeten blijven 24 UEd dienstwe dienaer 25 Wijnand Schuijl. 25 In Amst den 30 Julij 1637
Nieuws. |
|