De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 656]
| |
711 A Monsieur, Monsr Joost Baak, bij 't oudemannenhujs, in No 3 tot AmsterdamPort.
1 Monsr mon Frere,
2 Hoewel mij door mijnen swaegher Schujl, ende Carel vander 3 Wijen, de sweevende geruchten, ende gedrukte briefkens vanGa naar eind3 4 Antwerpen, zijn toegevejrdight; zoo en laete daerom niet nae UE 5 schrijven te verlangen. UE placht geen swijgher te wezen, in zulke 6 geleghenheit. Verwachte dan in wissel van 't bijgaende bladt ujt 7 Tacitus, wat men aldaer magh hooren van de groote toght: biddeGa naar eind7 8 ook den ingeslooten op den Haeghe te doen bestellen, ende Godt 9 den almaghtighen U E, met Joffre Zuster ende alle de haeren, in eere 10 en voorspoedt te bewaeren; gelijk van harte wenscht, 11 Monsr mon Frere, 12 U.E. 13 Verplichte, dienstwste broeder 14 P C Hóóft.
15 U.E. vermaende, laestmaels hier zijnde, van mij pennen te bestellen, 16 ik had op de tonge dat aen te neemen, als die wel van doen hebben-Ga naar eind16 17 de, ende daer viel ijet anders voor dat het mij ujt den gedachte 18 sloegh. Gelieve t'mijner kost eenighe schaften te koopen ende teGa naar eind18 19 snijden. Zoo UE zelf die brengt, zullen te welkoomer wezen.
Lopende zaken. |