De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2

(1977)–P.C. Hooft– rechtenstatus

Regelnummers proza verbergen

[pagina 553]
651 (C. Barlaeus aan C. Huygens). .......... 1 Verum solutus istis curis studijsgue gravioribus, tria iam, ago. 2 garrio in officinis et urbanus sum: equito cum Satrapa Muijdensi et 3 magnificus sum; Regum filijs epithalamia scribo, et versificatorGa naar eind3 4 sum.......... E musaeo, Amstelod. xxv Augusti CI IGa naar eind4 5 CXXXIV. vertaling .......... Maar ontslagen van die serieuzer beslommeringen en studiën houd ik me nu met drie dingen bezig: ik praat wat in werkplaatsen en algemeen-beschaafd is dan mijn stijl; ik rijd paard met den Drost van Muiden, en mijn genre wordt hoogdravend; voor Koningskinderen schrijf ik reien-bij-het-bruidsvertrek en dan ben ik versjesmaker.... Uit mijn Muzentempel te Amsterdam.	[tekstkritische noot]Origineel. UBL. Hug. 37. eind3 epithalamia: Venus Cimbrica. Poem. I, 73. eind4 musaeum: gebruikelijke aanduiding van bibliotheek of studeerkamer. Vgl. 48.