De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 450]
| |
592 Aen den Ridder Huighens.1 Mijn Heere,
2 Kaizar Rudolf vertoonende te zekeren tijde eenighe ChijmischeGa naar eind2 3 werken, aen mijnen Neve P J Hóóft U Ed. gestr. bekent, zeid' 'erGa naar eind3 4 bij, dat het van geen' aerdsche warmte gestooft was, maer zijn vuirGa naar eind4 5 inde straelen der Zonne ontschindelt. Een merkwaerdigh staeltjenGa naar eind5 6 van een overvlieghend vernuft, gelijk men dikwijls vindt bij lujdenGa naar eind6 7 van zijner leeste.Ga naar eind7 Rarus enim sensus communis in illaGa naar eind8 10 De goede vorst scheen te geloven, dat de róókelooze hemellichten, 11 de stof, daer zij den brandt in steeken, van gelijke zujverheit mae- 12 ken. Koopt ghij geen glas? zouden onze kinkels zeggen. Voor mij;Ga naar eind12 13 ik ben van 't kaizarlijk gevoelen; door drift van eerzucht niet, maerGa naar eind13 14 door ervaerenis, betuighende, dat de koortse Uwer Ed. gestr. vanGa naar eind14 15 hoogher hitte toegekomen, haeren oorspronklijken aerdt, den harteGa naar eind15 16 ende geest heeft aengeblaezen, en daer in een' gloedt verwekt, die 17 met geen' damp oft smook altoos ontheldert is: 't en zij men voorGa naar eind17 18 een wolxken onder die klaerheit rekenen wil, d'overvloet van lofGa naar eind18 19 mijner penne gegeven: 't welk nochtans te vergeven staet tenGa naar eind19 20 opzichte, dat Pictoribus atque Poetis &c.Ga naar eind21 22 Tesseltjen is noch dat ouwde even jonge zoetemelxhart, wel ge-Ga naar eind22 23 soorteert met mijn' lieve Leonoor, derwelke zij op eenen roemer tot 24 Zinspreuk toegewijdt heeft: Altijts vroo. Indien U Ed. gestr. zooGa naar eind24 25 mildt van eergunst wort, als zich eens bij ons te komen ververssen, 26 zij zal 'er een' jeughd ujt zuighen. Wij zijn haer gezelschap quijt;Ga naar eind26 27 maer zullen in geenen gebreke wezen van haer de veirsen toete-Ga naar eind27 28 veirdighen ende ik veel min van eeuwelijk te blijven,Ga naar eind29 29 Mijn Heere, 30 UEd. gestr. 31 Verplichste ootmoedighste 32 dienaer 33 P C Hóóft. 31 Vanden H t Mujden 32 7 Aug. 1633. |
|