De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 377]
| |
553 Aen den H. Fiscael Kinschot.1 Ede &c.
2 U Ed., vertrouw ick, zal den mijnen vanden 3en dezer ontfangen 3 hebben. Nu komt mij voor, hoe mr Wijbrandt Jacobszoon, denGa naar eind3 4 hove, op 't interinement zijner brieven van remissie niet voldaenGa naar eind4 5 heeft, zonder nochtans gedetineert te wezen. Wenschte derhalven 6 wel te weeten, hoe ick jegens hem zal hebben te handelen, in geval 7 hij bestaen moght dit quartier te frequenteren. Waer op mij gunsteGa naar eind7 8 zijn zal UEd. instructie t'ontfangen. In memorie der goede ende 9 vroolijke chiere, voor een' wijle, ten huize van U Ed. genoten, 10 zeinde hier nevens eenighe van onze Gooijsche vruchten, de heideGa naar eind10 11 en draeght'er geen' beter. Ende op vertrouwen, datze met zoo 12 goedt een harte zullen aenveirt, als gezonden zijn, zal U Ed. met 13 allen die haer lief zijn, 14 Ed. &c. den almoghenden bevolen laeten, nevens vruntlijke 15 groete en eerbiedenis van 16 U E 17 Ganstoegheneghen en 18 verplichten dienaer 19 P C Hóóft. 18 Van den H.t. Mujden, 19 15 Sep. 1632.
Hooft vraagt de fiscael instructie hoe hij moet optreden tegen Wijbrandt Jacobsz. als die in Gooiland (Holland) mocht komen (vgl. 549). |
|