De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 1
(1976)–P.C. Hooft–
Auteursrechtelijk beschermdEerste deel
|
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 488]
| |
204 A Monsr Monsr Constantin Huijgens Chevalier A La Haije(Huygens: Lond. 10e Marte. 27)
1 Monsr mon cousin, na lange sollicitatie hebbe ten lesten antwoordeGa naar eind1 2 geobtineert van Joffe van Loon, die hier neffens gaet, midtsgadersGa naar eind2 3 het boecxken, voor tgebruijck vant welcke sy u.E. hoochlijckenGa naar eind3 4 doet bedancken. Ick en late niet te voorderen het gedicht vandeGa naar eind4 5 Vier en vlam van mijn Heere den Drossart van muijen, dan 6 vruchte het swaerlijck becomen sullen also hij difficulteert tselveGa naar eind6 7 wt sijn handen te laten gaen, ick sal niet laten voort aen te houdenGa naar eind7 8 ende hebbende uE te seijnden. - also wij nichte u.e. moeder, deGa naar eind8 9 nichten u.e. susters, neve maurins oock u.e. doen wij daer waeren,Ga naar eind9 10 redelijck wel getroost vonden over het affsterven van u.e. Vader, 11 willen wij hopen, dat de droeffheijt tsint noch meer gesleten salGa naar eind11 12 sijn, om welcke niet te vernieuwen sal daer aff niet voorderGa naar eind12 13 toucheren, maer wenschen den overledenen ten Joncxten dage een 14 vrolijcke verrijsenisse dat gunne hem en ons altsamen Godt deGa naar eind14 15 Heere in wiens genade en protectie na groetenisse aen u.e. en alle 16 de vrienden ben bevelende. -Ga naar eind16
17 Amsterdam. 18 adi 29 februarij 1624.Ga naar eind18 19 UE. dienaer en neve 20 Jan van Baerle Jz
Jan van Baerle rapporteert over zijn vergeefse pogingen, Hooft's antwoord op Vier en Vlam van hem los te krijgen. De vader van J.v.B. was een neef van Huygens' moeder, hij was dus een achterneef van Huygens. |
|