De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 1
(1976)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdEerste deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 149]
| |
31 Edele Moghende Heeren, Mijne Heeren de gecommitteerde Raeden van Hollandt.1 Edele Moghende Heeren,
2 Overmits ick tot alsnoch toe niet becomen en hebbe welck Uw Ed.Ga naar eind2 3 Mogh. believen is op mijn schrijven van den laesten Aprilis, soo 4 dunckt mij reden te twijffelen oft selve soude moghen gedwaeltGa naar eind4 5 zijn, ende bij desen Uw Ed.Mogh. te vernieuwen hoe HeinrickGa naar eind5 6 Claes Adriaensz, dewelcke op de laeste verpachtinghe tot Naerden 7 sekere wederspannicheden tegens de Heeren Commissarisen hadde 8 getoont bij mij wt der gevanckenisse is ontslaeghen, onder 9 handtastinge van t'allen tijden des vermaent zijnde in persoone teGa naar eind9 10 recht te staen voor Uwe Ed.Mogh. ofte de gerechten van Naerden; 11 ende cautie ter somme van tien hondert ponden van veertichGa naar eind11 12 grooten 't pondt: gelijck mij bij d'apostille van U.Ed.Mogh. op sijn 13 requeste gelast was te doen, tot dat anders soude wesen 14 geordonneert. Welcke vorder ordre, alsoo den delinquant wel 15 schijnt geneghen te zijn om de sake bij compositie af te doen, ick inGa naar eind15 16 alle reverentie versoecke mij met eerster gelegenheit overgesonden 17 te moghen werden om dienvolgens te procederen te meesten 18 dienste van Uwe Ed.Mogh. in welcker gratie ick mij met alle 19 behoorlijcke submissieGa naar eind19 20 Edele Moghende Heeren van heeler harten bevelende God bidde 21 haer in de zijne tot welstant vanden vaderlande altijdt te bewaeren. 22 geschreven op den Hujse te Mujden, den xxvijen Maj a 1612. nbsp; 23 Uwer Ed.Mogh. 24 Onderdaenste Dienaer 25 P C Hóóft.
Hooft herhaalt, na vier weken, zijn in 29 gedaan verzoek en brengt daartoe de zaak-Heinrick Claesz. kort in herinnering. Hij geeft de wenk, dat de veroordeelde bereid schijnt te composeren. Vgl. de toelichting bij 58. | |
[pagina 150]
| |
|