Geeraerdt van Velsen. Baeto, of oorsprong der Hollanderen
(2005)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermd
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 115]
| |
Baeto of Oorsprong der Hollanderen
| |
[pagina 117]
| |
Inhoud1Penta, dochter van Finland, tweede gemalin van Catmeer, koning der 2Catten, nu Hessen genaamd, na 't mislukken van verscheide verraderijen,Ga naar voetnoot2 3aangeleid om den vorst Baeto, voorzoon haars mans, en Rycheldin, zijnGa naar voetnoot3 4gemalin, haar stiefsnaar, in 's konings haat en voorts uit den wege te hel-Ga naar voetnoot45pen, zich vindende met zwaar vermoeden belast en van ieder mistrouwd,Ga naar voetnoot5 6en overzulks met vals gelaat voorgeslagen hebbende van vriendschap teGa naar voetnoot6 7maken en een dag bestemd om die voor 't altaar des vuurs te bezweren,Ga naar voetnoot7 8gaat des nachts tevoren, alzo zij een toveres was, met helse geesten teGa naar voetnoot8 9rade, om tot haar opzet te geraken en leert een vuur toestellen dat, zeke-Ga naar voetnoot910ren tijd uren in de klederen verborgen blijvende, daarna ontsteken zoudeGa naar voetnoot10 11en dodelijk bevangen allen die 't genaakten.Ga naar voetnoot11 12De tijd van 't bezweren der vernieuwde vriendschap gekomen zijnde, 13zo spreekt ze den vorsten Baeto en Rycheldin, opdat hun dood een straffe 14Gods schijnende, zij tegelijk om eer en leven kwamen, dusdanig enen eedGa naar voetnoot14 15voor:
oprechte vriendschap zweer ik u van dezer uur,
of, meen ik 't anders, sla mij 't hels en 't hemels vuur.Ga naar voetnoot17
20Met welke woorden haar de vorsten niet konden laten te volgen.Ga naar voetnoot20 21Daarop, gezonden hebbende het helse konstvuur, bezworen in eenGa naar voetnoot21 | |
[pagina 118]
| |
22sluier aan gouden toppet, tot Rycheldin en, in enen hoed met vederbos,Ga naar voetnoot22 23tot Baeto, nevens verzoek dat zij daarmede, haar ter ere, op het avond-24feest te zeven uren wilden verschijnen, geviel het juist dat Baeto, verhit opGa naar voetnoot24 25de jacht, zo laat uit het veld kwam, dat het vuurwerk aan de pruik vanGa naar voetnoot25 26Rycheldin ontstak eer hij den hoed had opgezet, en dezelve, daar ze opGa naar voetnoot26 27een tafel stond, mede aan brand vliegende, hem arg deed denken toen nuGa naar voetnoot27 28Rycheldin dood lag. Waarvan de toveres verwittigd, doet den koningGa naar voetnoot28 29boodschappen dat Rycheldin, als meinedig, van hemels vuur verdelgdGa naar voetnoot29 30was en Baeto zich even halssterk in wapenen gaf. Zulks Catmeer, doorGa naar voetnoot30 31haar aanhitsen, beveelt den vorst in verzekering te stellen.Ga naar voetnoot31 32Baeto, zich besprongen vindende en ongeraden in hechtenis te gaan,Ga naar voetnoot32 33biedt weer en jaagt 's konings volk tot in 't hof. Voorts, verstaande deGa naar voetnoot33 34zake in punt te wezen dat een van beiden nodelijk ruimen moest, zo ver-Ga naar voetnoot3435kiest hij ballingschap voor 't rijk en wijkt dadelijk met een goed deel desGa naar voetnoot35 36adels en der burgerij tot op de landscheiding.Ga naar voetnoot36 37Aldaar, terwijl hij wat bestaat te rusten, verschijnt hem Rycheldin inGa naar voetnoot37 38zijnen slaap, aanwijzende hem voor zijn erfdeel en have enen onbewoon-Ga naar voetnoot3839den hoek lands, die nu Holland heet. Dies neemt hij derwaarts zijnen wegGa naar voetnoot39 40en, de grenzen der Catten gepasseerd wezende, wordt tot koning gehuldGa naar voetnoot40 41van de zijnen en noemt ze Baetauwers, naar zijnen naam.Ga naar voetnoot41 42Het treurspel begint omtrent middernacht en eindigt met het etmaal.Ga naar voetnoot42 43Het toneel is 't hof der Catten. |
|