Grietje kan koken! Een kinderkookboek voor kinderen van 6-12 jaar(1944)–Adolf Holst– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 11] [p. 11] 8. Paaseieren. Kind'ren, Pasen nadert ras! Wat komt ons dan wel van pas! Hoera! een pan water op 't vuur gebeurd! Vandaag worden de paaseieren gekleurd! De paashaas was al druk in de weer, Hij legde er een hoop in de tuin bij ons neer! Maar hen te kleuren, elk naar zijn smaak, Was, naar hij zei, voor ons 't vermaak! ‘Vooruit! Dat 's leuk, hoe doen we dat?’ Eerst moeten de eieren in 't kokende nat! Zowat tien minuten lang Let maar op de wekker dan! Is hard gekookt nu elk ei, Dan begint onze kleurpartij! ‘Ik kan niet kleuren....’ Zeur niet! Geen nood! Neem penseel en verf, Blauw, geel, groen en rood! Violet en ook karmijn - Bekijk nu deze plaatjes fijn! Die nemen we als kleurmodel. ‘O ja! ik schilder die sterren wel!’ ‘En ik die ringen, daar houd ik zo van!’ Ja, wat men niet alles kleuren kan: ‘Ik groene banden!’ ‘Ik rode randen!’ ‘Ik blauwe bloempjes, zo teer als eenwolkje rook!’ ‘En ik het haasje! ik ook, ik ook!’ Nu zie je! dat gaat toch reuzefijn! Wat zal de paashaas daar blij om zijn! Vorige Volgende