Verantwoording
Basistekst is de in 1788 bij Uylenbroek in Amsterdam uitgekomen
Proeve eener theorie der Nederduitsche poëzy, die geheel gelijk is
aan de uitgave door Wybe Wouters, Groningen 1809.
Andere uitgaven zijn er niet. De volgende ingrepen werden
toegepast:
- Hoffhams noten staan bijna alle in de marge van zijn tekst; hier
zijn ze onder de citaten waarnaar ze verwijzen weergegeven.
- De paragraaf-verwijzingen zijn voor het leesteken geplaatst, dus
bij voorbeeld ‘(§. 7.);’ in plaats van ‘;(§.
7.)’.
- Voor het overige is de interpunctie gehandhaafd.
- Cursief gedrukte passages in de citaten uit het Frans en Duits
zijn om optische redenen in romein weergegeven.
- Titels, die bij Hoffham wel of niet cursief gedrukt worden, zijn
vet gedrukt.
- De in druk gecursiveerde versregels zijn alle in romein
weergegeven, de beklemtoonde zinsdelen zijn cursief weergegeven.
- Evidente zetfouten, drukfouten en verschrijvingen zijn waar
mogelijk gecorrigeerd in een tussen <...> geplaatste verbetering.
- Hoffhams spelling is met name in de citaten diffuus. Er is geen
poging ondernomen om zijn schrijfwijze recht te trekken. Wanneer er verschillen
optreden tussen het origineel en Hoffhams weergave, wordt dat in de noten
alleen vermeld als er sprake is van een andere volgorde of andere woorden.
- In de noten vindt men de gebruikte vindplaatsen, soms met een
enkele heel summiere opmerking over de auteurs. De eerste keer staat daar ook
vet gedrukt de signatuur van het autoptisch verwerkte exemplaar bij. KB staat
daarbij voor Koninklijke Bibliotheek Den Haag, ABD voor Athenaeumbibliotheek
Deventer, BN voor Bibliothèque Nationale, M voor het museum
Meermanno-Westreenianum in Den Haag, PBF voor Provinciale Bibliotheek
Friesland, UBA voor Universiteitsbibliotheek Amsterdam, UBL voor
Universiteitsbibliotheek Leiden.