pupil oefeningen te doen aan de geïmproviseerde toestellen B rekken, ringen, bruggen e.d. B op de achtererven van enkele buurtbewoners, waarna steevast een partijtje werd gevoetbald. Geen instructies, geen oefenmeesters of scheidsrechters. De jongens waren geheel op zichzelf aangewezen.
In de Wanicastraat, op een erf, ‘brahamdjarie’ geheten, richtte de ambitieuze Lieuw On met buurtvrienden de voetbalvereniging ‘Vliegende Pijl’ op en al gauw was deze door haar grote aandrift de ster van een wijde omgeving.
Op 15-/16 jarige leeftijd was het lot Ade moeilijke back’ goed gezind. De v.v. Paramouth van de CUL dreigde namelijk dood te bloeden, doordat door de schier onweerstaanbare zuigkracht van de Nederlandse Antillen in die tijd vele Surinamers daar naar toe vertrokken om er hun geluk te beproeven (werkgelegenheid). Ook voetballers van Paramouth. Aan Alwin werd door zijn broer gevraagd om deel uit te maken van de zeer verzwakte Paramouth-gelederen. Maar hoe! De jongen had geen voetbalschoenen, had nog nooit één aan gehad. Gelukkig, hij kreeg één ter leen van een zekere Liem Tjauw, oefende ermee op de zaterdag om de zondag daarop in de verdediging van de vereniging als een rots in de branding te staan, bewonderd door teamgenoten als
Hendrik Goudmijn, Richard Simons, Edmund en Franklin Kaersenhout e.a. Zijn zelfzekerheid en geloof in eigen kunnen hadden hem in deze wedstrijd tegen PVV voortreffelijk staande gehouden en vele blikken naar hem toegetrokken, zóveel zelfs, dat de beroemde en geliefde sportliefhebber Wim Bos Verschuur kosten noch moeite spaarde en hem inlijfde bij het grote Transvaal. Dáár begon zijn werkelijke naam en faam, zijn roemrijke voetbalcarrière samen met persoonlijkheden als een ‘Vossie’ Belgrave, een Iwan Vasilda, een Alex Leckie, een goalie als John Zeegelaar en al die andere vedetten in die club. Hij bleef er jarenlang, verknocht door ware clubliefde.
Op 5 mei 1942 werd de zeer gemoedelijke sporter abrupt, in weerwil van zichzelf uit de smederij van de werkplaats Beekhuizen door de politie gehaald om bij de Schutterij dienst te doen. Daar belandde hij - Gode Zij lof! - in een even gezapige groep. Ingedeeld bij het 1ste Bataljon (Oranjeschool) werd hij belast met