| |
| |
| |
Transvaals Godfather:
Paul Jozef Favery
Een rasechte Surinamer; hartstochtelijke sportliefhebber; eenvoudig en gemakkelijk in de omgang. In het dagelijks verkeer een niet direct opvallende figuur, afkerig als hij is van hoogdravend optreden. En niemand zou op het idee komen om achter deze persoonlijkheid, met zijn evenwichtige kijk op zaken, een bekwame bestuurder te zoeken, een krachtig manager, die buitendien in zijn jongelingsjaren ook niet gespeend was van huzarenstukjes.
| |
Product uit de Anniestraat
Paul Jozef Favery, ten tijde van het vastleggen van dit deel uit zijn interessante levensloop al ruim 16 jaren directeur van het Sint Vincentiusziekenhuis, werd geboren op 11 januari 1932. Voor in de korte, nauwelijks 400m lange en ogenschijnlijk stille, maar vooral vroeger, zeer dynamische Anniestraat. De straat die toen zoveel notabelen huisvestte. Zoals de familie Ramdath Missier die aan de staat een president en apothekers afleverde. Verder Wilfred Maynard die het tot Minister van Justitie en Politie bracht. De familie Terborg met aan het hoofd een imponerende inspecteur van politie en later ook nog meer topagenten een Jules Terborg als hoofdinspecteur (ooit topper bij de Politie Voetbal Vereniging), dominees en onderwijzers. Daar waren Leo en Aloysius Rack als sporters in onze hoogste top. Verder de opvallend dikbuikige heer Rosheuvel, deurwaarder bij het Hof van Justitie, de familie Gonesh met een van de eerste garages en autoherstelwerkplaatsen, van wie zowel de vrouwelijke als de mannelijke leden zijn uitgegroeid tot leveranciers van wezenlijke bijdragen op sportgebied. Zo was er Harold Gonesh, die de S.V.B. jaren als voorzitter van de S.V.S.O., de Surinaamse scheidsrechtersorganisatie, heeft bijgestaan. De familie Relyveld die voor ingenieurs heeft gezorgd. Harold Riedewald, later meester in de rechten, een knap en gevat jurist op wiens vloer vaker constructieve discussies werden gehouden, waarna muziek werd gemaakt met o.a. Paul Favery als elektrisch gitarist. En dit onder het genot van een dikke borrel, vaak tot in de kleine uurtjes waarbij er ook nog werd gedanst. Daar was ook nog dr. Ponse, samen met Paul afge-
| |
| |
Harold(Riedewald) en Paul (Favery) twee hartsvrienden van de Anniestraat.
studeerd op de geneeskundige school, een uitstekend biljarter en later zeer populair op de Nederlandse Antillen. Ook de Frankels, de Moenne's, de Stewards en niet te vergeten de vreemde eend, om het geheel te vervolmaken: Ruudje Robles, de zich overal met veel vertoon profilerende sabiman... Allemaal producten uit de Anniestraat. Deze zandweg was toen een getrouwe weerspiegeling van onze samenleving, waar Paul opgroeide met zijn vrienden uit de straat: wel arm, maar stralend, vol geestdrift, Vrij en onbekommerd afstevenend op de uitdagingen des levens, waarbij vooral pleziertjes niet uit de weg werden gegaan. In die dagen was er bij hem nog geen sprake van de ijverige leerling, want alles wat de klok sloeg was sport en spel met bijbehorend kattekwaad.
Na school was de pupil door zijn bezorgde moeder vaak nergens te bespeuren en het kostte haar vaak moeite hem ergens vanuit een geïmproviseerde sportlocatie naar huis te dirigeren om zijn schoolwerk af te maken. Het jeugdige en van vitaliteit bruisende Anniestraatgezelschap werd nog vergroot door jongens uit de naaste omgevingen Oude Charlesburgweg en Gravenstraat, tot welke groep behoorden Boepi U A Sai, de gebroeders Leysner, Zwakke, Desi Samson e.a. die later tot ware sporttoppers zouden uitgroeien.
| |
Intellectueel en sportman
Na de Zunderschool voor basisonderwijs mocht Paul op de Hendrik mulo. Toen moest wel studie-ernst aan de dag gelegd worden, waardoor de sport op de achtergrond raakte. Maar Paul bleek toen in staat om een ideaal evenwicht tussen studie en sport tot stand te brengen en te handhaven. Ook later heeft hij deze stabiele toestand in een voortreffeljke combinatie van werk- en sportbezigheden weten te behouden.
Na het mulo kwam de intelligente Paul door het vergelijkend examen en kon hij worden ingeschreven op de geneeskundige school waar hij de bul als geneesheer vlot haalde. Al die tijd had moeder Favery de buikriem strak moeten aanhalen, maar dat deed ze blijmoedig en vol liefde. Direct hierna trad de jonge geneesheer in dienst van het Rooms Katholieke Sint Vincentiusziekenhuis, waar hij in eerste instantie van 1956 tot 1961 de nodige praktijkervaring opdeed. Eind 1961 vertrok hij voor specialisatie naar het
| |
| |
Nederlandse Groningen en keerde in 1968 naar zijn geboorteland terug als vrouwenarts om in hetzelfde ziekenhuis, zijn oude vertrouwde omgeving, zijn krachten als geneeskundige te geven. Onder de alleszins deskundige leiding van en in nauwe samenwerking met de toen vermaarde directeur-chirurg Leo Tjon A Jong die aan de vervolmaking van zijn vorming substantieel heeft bijgedragen. In 1982 werd Paul Favery aangesteld als directeur van het Sint Vincentiusziekenhuis. Hij heeft er tot heden ook nog zijn polikliniek, weliswaar als vrouwenarts, maar vele sporters hebben in de loop der jaren er hun weg naartoe gevonden om bij ‘Doc’ kosteloos de gekneusde botten of spieren te doen behandelen en vrijwel even vaak vonden zij zijn deur open voor behandeling van hun zieke familieleden.
Tijdens zijn studieverblijf in Nederland heeft Paul verschillende takken van sport beoefend, zoals basketbal, honkbal en verschillende atletiekonderdelen. Zijn grote hobby, voetbal, was er evenwel nauwelijks bij omdat hij de barre kou schuwde. Hij is daar ook nog enkele jaren voorzitter/aanvoerder geweest van teams (Antillianen en Surinamers) in welke hoedanigheid hij zijn managersbekwaamheid opvoerde.
| |
Clubpresident Transvaal
Zijn absolute voorkeur gaat uit naar voetbal en basketbal. Begonnen met goed georganiseerd voetbal bij Jong Transvaal, mag gezegd worden dat hij vanaf zijn jeugd Transvaler is en dit zonder onderbreking tot op de dag van vandaag. De laatste jaren als clubpresident, een ware peetoom en affectieve godfather. Jaren achtereen is hij de onbetwiste voorzitter geweest, die met petekind Transvaal tweemaal het CONCACAF- en viermaal achtereen het nationaal kampioenschap beleefde. Ja, de weg liep van aanvankelijk sukkelen naar grootse prestaties. Oh, er is zoveel waar hij met genoegen aan kan terugdenken. Bij voorbeeld aan de bestuursperiode met o.a. Ma Ajong en Frank Goede, toen knellende problematiek de vereniging dreigde dood te drukken. Toen werden met grote durf spectaculaire ontmoetingen georganiseerd, met o.a. het Braziliaanse Recife. Een buiten verwachting groot publiek vulde het stadion en Transvaal doorbrak de financiële impasse. Tja, als bestuurder moet je constant alert zijn, hard en zelfver- | |
| |
loochenend werken en dit kan allemaal alleen als je oprechte en zuivere liefde hebt voor de zaak.
‘Je hebt prachtige herinneringen,’ overpeinst de nu grijze Paul. ‘Zoals de huzarenstukjes die de bewondering opriepen voor een team met een Puck Eliazer, een Greene, Lagadeau, Breinburg, Bundel, Baron en Schal. Spelers die bekoorden door oogstrelend voetbal.’
| |
Clubpresident CLD
Sprekend over basketbal, is CLD (Caribbean Little Devils) zijn oogappel en ook daar is hij- reeds jarenlang de man die kundig en tactvol de voorzittershamer hanteert. Zelf is hij ooit een hartstochtelijke topper geweest, toen de vereniging tijdenlang ongeslagen landskampioen bleef, maar,...: ‘Dat lijkt vanaf 1987 definitief van de baan. Je gaat echter met hetzelfde elan en geestdrift door omdat je veel van de sport houdt.’ Velen zullen zich de glorievolle dagen van de club heugen met spelers als Wim Petrici, Rudi van Eyck, Victor Sibilo, Breeveld en de gebroeders Heerlijke tijden, ja, dierbare herinneringen. Ze zijn talrijk. Vooral die van zijn studententijd in Suriname toen hij in vele takken van sport meedeed met teamgenoten zoals Frank Zegelaar, Henk Chin A Sen, Otmar Ponse en Eugene Brahim. Zijn liefde voor basketbal is zo groot dat hij sinds jaren thuis een eigen veldje heeft waar vrienden en sterren van weleer vele avonden per week de verwende spieren in vorm houden. De daar ontsproten veteranenclub Favery Boys geniet nationaal en internationaal goede bekendheid.
| |
Boksen
Gedurende enige jaren bezat Paul Favery zelfs een boksclub, overgenomen van André Kamperveen, op het complex van de Oranjeschool aan de Soldatenstraat. Zelf bokste hij graag een partijtje en de club telde onder de leden kampioenen als Joe Ralph en Eugene Grant.
| |
Toen en nu
De voorzitter van voetbalkampioen Transvaal en basketbalclub CLD blikt tevreden terug op zijn verleden als sporter en bestuurder. Vergelijkingen tussen toen en nu? Die maakt hij niet graag. Wel vindt hij dat de clubliefde van toen heeft plaatsgemaakt voor de drang naar beroepssport. De commercie krijgt de overhand.
| |
| |
En dat maakt het steeds moeilijker voor amateurclubs om overeind te blijven. Was clubliefde vroeger de grote aantrekkingskracht, nu beslissen de centjes over aansluiting bij een club. Nu spelen meer dan ooit zaken als huisvesting, passende baantjes, transportmiddelen en geld. En toch lijken naast de goede atletische hoedanigheden van toen de technische en tactische vaardigheden nu minder. Misschien hoort het nu zo, maar toen heerste bij verlies dagenlang algehele verslagenheid, nu maakt men plezier alsof er niets aan de hand is. Of is dit nu de manier om smart te verwerken? ‘De liefde voor de sport wordt er echter niet minder om. Wat vooral moet gebeuren is dat de begeleiding professioneel moet zijn en veel serieuzer, intensiever moet worden aangepakt. Van de ene op de andere dag kom je niet aan professionals. Het is een ietwat lange weg en deze zaak vereist studie en een degelijke voorbereiding, maar is tegelijkertijd onafwendbaar.. Rustig mag worden gesteld dat er nu reeds van louter amateurisme geen sprake meer is.
Ondanks alles gaat Paul Jozef Favery door. En met veel vreugde. De basis is er. Er zijn herinneringen genoeg. Dat is hem aan zien als hij vertelt over al de vreugde bij de vele successen die zijn sportverleden markeren. Dat was een goed en geestverrijkend sporttijdperk, waarbinnen hij als actief voetballer, bokser basketballer en bestuurder opgang maakte. De nog steeds strijdvaardige oldtimer zegt onaantastbaar vertrouwen te hebben in onze opkomende jeugd en zal daarom blijven pleiten voor gepaste en tijdige verjonging in de sport. Paul Jozef Favery is gehuwd met Winnifred Siem Fat. Hij is vader van drie kinderen.
P. Favery tijdens het afscheid van W. Schal
|
|