Nieuwe proeve van klijne gedichten voor kinderen(1778)–Pieter 't Hoen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 144] [p. 144] Al te goed is gek. Jantje. Och Moederlief; ik ben bedroeft; Mijn zus heeft mij bekeven. Moeder. Wat hebt ge dan weêr uitgevoerd? Jantje. Mijn koekjes weggegeven, Die Oom mij flus gegeven heeft, Wat kon dat haar toch scheelen? Ik hou zoo veel van Claas. Moeder. 't Is goed, Wanneer g' iets meê wilt delen Van 't geen gij hebt; maar alles niet. Die gulheid moet ge mijden. Nu smult uw Claas uw koekjes op, Daar gij gebrek moet lijden. [pagina t.o. 144] [p. t.o. 144] al te goed is gek. Och Moederlief; ik ben bedroeft; Mijn zus heeft mij bekeven. bl.144. [pagina 145] [p. 145] Jantje. Zou dan van 't geen ik heb of krijg Voor Claas niets overschieten? Moeder. Die al zijn goed aan andren geeft Moet een verkwister hieten. Gij moet, of schoon gij Claas bemint, Ook om u zelven denken, En maar een deel, van 't geen ge hebt, Aan uwe speelnoots schenken. Vorige Volgende