Print Loontje komt om zijn boontje, of Het droevige slot der guiterijen van Hans-kijk-in-de-wereld(ca. 1848)–J.W.A. Hilverdink– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 13] [p. 13] VII. En Hans ging met gevulde maag Zijns heeren huis verlaten, En dwaalde alweêr, gelijk voorheen, Als zwerver langs de straten. Maar na een' dag of twee, drie, vier, Begon zijn maag te jeuken, En dacht hij, maar helaas te laat, Nog aan zijn vette keuken. En toen de nood al hooger steeg, Geen uitkomst op kwam dagen, En bovendien de honger hem Terdeeg begon te plagen; Toen ging hij bij een' schatrijk' heer Als huisknecht zich verhuren; Maar ach! het duurde niet heel lang, Want Hans zat nog vol kuren. [pagina 14] [p. 14] Wanneer hij voor de keukenmeid Naar bakker moest of slagter, Of voor zijn' heer een boodschap doen, Dan bleef hij uren achter. En als hij wijn bestellen moest, Dan ging hij kippen koopen; In plaats van naar den kapper, ging Hij naar den snijder loopen. Eens, toen hij op een' zaturdag De meid hielp water dragen, Kwam menig bij zijn' heer en vrouw Zich over Hans beklagen. Want dan vond Hans zijn grootste pret, In ieder nat te maken, Die maar in zijn nabijheid kwam, Zoo hij ze slechts kon raken. Zijn heer, geen vriend van guiterij, En looze en schalke gekken, Voorzag zich van een' andren knecht En Hans moest weêr vertrekken. [pagina t.o. 14] [p. t.o. 14] Vorige Volgende