Kamiel redt een super reus

[p. 24]

6. Een goed plan.

[p. 25]

En dat nieuwe plannetje komt er.

Maar het is wel erg moeilijk voor Kamiel om het uit te voeren.

Daarvoor moet hij naar zijn moeder om alles te vertellen.

Hij moet met alle mensen uit het dorp praten.

Zal hij dat durven?

Nee, denkt Kamiel dat durf ik niet.

Reus gromt: doe het dan voor mij asjeblieft!

Weer twijfelt Kamiel, hij houdt zoveel van reus, maar naar zijn moeder en het hele dorp gaan?

Heel lang blijft het stil, Kamiel wikt en weegt.

Superreus wacht in spanning af en valt zomaar midden op de dag in slaap.

Als hij verschrikt wakker wordt gromt hij: Kamiel, waar ben je?

Hij krijgt geen antwoord, want Kamiel is naar het dorp en Superreus weet waarvoor.

De moeder van Kamiel staat gebukt op haar kostgrondje.

Ze heeft dagenlang uitgekeken naar haar lastige zoon.

Maar nu is ze eraan gewend om niet meer voor hem te koken.

Opeens is er een hand die haar emmer optilt.

Verschrikt kijkt ze op, Kamiel, roept ze blij.

Ze trekt de jongen stijf tegen zich aan en kust hem waar ze maar kan.

Waar was je toch mijn jongen, vraagt ze bezorgd.

Kamiel haalt verlegen de schouders op, dat kan ik niet zo snel vertellen, zegt hij zacht.

Gaat het goed met je? vraagt z'n moeder bezorgd.

Kamiel schudt zijn hoofd en zegt: nee, ik heb problemen.

Kan ik je helpen, vraagt ze.

Kamiel knikt.

Kom mee, zegt moeder, en vertel me alles.

Nog voor het avond is weet iedereen in het dorp dat Kamiel terug is.

Ook weet iedereen dat Kamiel die avond iets zal vertellen over zijn probleem.

Maar dat hij van hen zoiets spannends en gevaarlijks zou vragen dat had niemand kunnen denken.

Tot laat in de avond blijven ze erover praten.

Sommigen roepen: o nee, ik doe niet mee, dat is veel te gevaarlijk.

Anderen zeggen: een heel goed plan, ik neem de kinderen ook mee.

[p. 26]

En Kamiel's moeder zegt: wat hou ik toch veel van die jongen.

Die nacht slaapt Kamiel weer in zijn eigen bed.

De volgende dag vertrekt hij weer naar Superreus.

Hij belooft zijn moeder terug te komen als het plan moet worden uitgevoerd.

Deze keer zwaait ze hem uit.

Ze denkt: het lijkt erop dat hij iets goeds heeft geleerd.

Kamiel vertelt het hele plan aan Superreus.

Die schudt van het hoogste topje tot de diepste wordtel heen en weer van enthousiasme.

Dit gaat vast en zeker lukken, kraakt hij blij.

Maar de mannen komen die dag niet terug.

En ook de volgende dagen niet.

Misschien komen ze wel nooit meer terug, lacht Kamiel, dat zou helemaal mooi zijn.

Nauwelijks een dag later gromt Reus: ze komen, in de verte hoor ik gepraat bij de rivier.

Kamiel rent zo snel hij kan naar het dorp.

De sjouwers en de werkmannen gooien niet ver van Superreus de zakken, pakken en vaten met olie neer.

Plannen worden besproken en de kettingzagen uit de zakken gehaald.

En diezelfde dag vallen er weer 15 bomen en morgen is Superreus aan de beurt.