Liederen voor groote en kleine kinderen(1879)–Emanuel Hiel– Auteursrechtvrij Vorige Volgende XLVI. - De Schelde. Hier kronkelt de Schelde door dorp en door steê Met schuimende golven ter bruisende zee; Hare oevers, met bloemen en boomen beplant, Versieren, doorgeuren, verfrisschen het land. De Schelde is een moeder zoo schoon en zoo goed, Want worden door haar niet de weiden gevoed; Daar worden de koeien te grazen gezet, Daar geven ze melk en daar worden ze vet. De Schelde is een moeder zoo rijk en zoo frisch, Ze schenkt ons den paling, den lekkeren visch, En laat ons des zomers, in 't stikkend seizoen, In beken en kreken een zwemmingsken doen. De Schelde is een moeder, zoo diep en zoo fel, Ze voert de geladene schepen zoo snel... De schippers begroeten de Schelde verheugd. Wij juichen: ze is Vlaandrens welvaart en vreugd! Vorige Volgende