Gedichten 1861-62
(1863)–Emanuel Hiel– Auteursrechtvrij
[pagina 74]
| |
[pagina 75]
| |
Beste, sprak ze zacht, blijf bij mij vernachten,
vrees de spooken die d'armen reizer wachten,
in de duisterheid.
Oh, mijn hert, sprak hij, kan geen spooken vreezen,
liefde alleen voor u staat er in te lezen,
zoete meid!
|
|