fluistert zoetjes: reminiscentie, maar bij den derde joelt het omineuze woord: plagiaat!
Ik heb nooit veel belangstelling gehad voor de détails van geruchtmakende plagiaatzaken. Waar het op aankomt is voornamelijk of men met de grondstof in loggen of luchtigen zin iets heeft weten te doen, of men ze wist op te lossen in zijn eigen arbeid, of rnen iets meeslepends of schoons tot stand heeft gebracht gelijk Shakespeare deed of Gorter of Verwey. Steeds zijn sommige nijdassige heren er op uit hun ontoereikendheid te camoufleren door anderen van oneerbare trafieken te beschuldigen. Zo deed de overschatte Paap die in zijn schandaal-roman Vincent Haman ons de weinig originele letterbezigheden hier te lande vermakelijk voorstelt, wij zien den enen letterheld ‘Homerus vlooien’, en de ander is aan 't na-navertellen wat de ander heeft voor-naverteld. Op Kloos' (Moree's) tekort aan originaliteit legt Paap voortdurend den nadruk, tot vervelens toe heet het dat hij ‘Engelse beeldjes’ heeft ontvreemd, welnu, juist bij Kloos gaat dit spelletje niet op, men kan den man ternauwernood enige vreemde beïnvloeding aanwrijven. Maar Paap was 'n groot Multatuliaan en nòg geldt Multatuli voor de persoonlijkheid, de oorspronkelijkheid bij uitstek. Maar wat zijn dezes laatsten Ideeën anders dan, zoals wijlen Prinsen zeide, de vergaarbak van wat 1750-1850 aan Europees denken had opgeleverd? Maar nieuw echter was de toon, de vorm (deze niet in louter formalistischen zin op te vatten).
Men onderscheide tussen innerlijken invloed en uiterlijken. De innerlijk verwerkte invloed is 'n genade, ze doet het zaad dat in ons sluimerde, groeien. Gelijk Gide zegt: l'influence ne crée rien, elle éveille. De uiterlijke invloed is aanwijsbaarder,