‘Ze zingt as eksters,’ zegt hij. ‘Maar ze doet as kippen, ze wacht op 't voer. Ik zal maar naar de zijdeur gaan en roepen van tuut, tuut!’
‘Wees maar voorzichtig,’ zegt zij remmend.
Hij lacht haar geruststellend toe. Dan praten ze eerst nog eens een poosje over een ander onderwerp, over de spinnerij, die zo bijzonder mooi was. Albert vertelt, dat Stina en Willem Kamping nog geregeld met elkaar optrekken.
Intussen zijn de messen stil geworden, maar mompelstemmen bewijzen, dat Marchiens dorpsgenoten nog samenscholen bij het huis. Tenslotte staat Albert op, gaat naar de deur en opent die. Daar staan de messenslijpers. Ze mopperen, omdat hij hen maar in de kou heeft laten staan.
‘Jonges! Bin ie nog niet slaperig?’
‘Net zo min as ie!’
‘Ie onderhandelt liefst met slaperig volk, is 't niet, Albert?’ Dat roept zijn neef Jan, Willempiens broer.
Meteen valt een ander in, op minder welwillende toon: ‘Ik zou maar niet te veel praties hebben, Albert Heuving!’
‘Stil eens,’ zegt die goedmoedig, ‘wij hebt wel even tied, is 't niet?’
‘Nee!’ roepen er een stuk of wat.
‘Wij hebt al lang genoeg staan te wachten in de kou,’ gromt iemand er achteraan.
‘Ie moet 't nou wel weten, Albert Heuving!’ voegt een ander er dreigend aan toe.
‘Ie begriept wel, wat of de bedoeling is, Albert,’ werpt neef Jan er bemiddelend tussen.
‘Nou, al zowàt. Maar de priezen.... die gaat de laatste tied wat naar beneden, is 't niet?’
De jongens lachen brommend.
‘Hier niet!’ roept er dan een.
‘Onze wichter blieft in waarde!’ roept een ander.
Daarop volgt weer gelach.
Intussen heeft Albert wat geldstukken opgediept.
‘Nou,’ zegt hij tegemoetkomend, ‘kiek eens an. Mij dunkt, zo kan 't toch in ieder geval wel lukken!’
Hij stelt de jongens het geld ter hand. Ze zijn verbaasd. Het is ongewoon veel. Een paar van de troep zeggen dat ook ronduit. Ze zijn bijzonder tevreden. En Albert eveneens. Marchien ìs hem immers veel waard? Hij heeft er aardigheid aan, om dat te laten blijken ook, tegenover de jongens - en tegenover háár.... Zij heeft stellig de woorden van verwondering wel opgevangen....
Ziezo, en nu heeft hij het recht verworven om met haar te vrijen. De jongens leggen hem nu niks meer in de weg. Ze trekken af. Eén van hen