Nederduitse orthographie
(1971)–Pontus de Heuiter– Auteursrechtelijk beschermdGa naar margenoot+Iason de HeuiterGa naar voetnoot11) tot den Lezer.Tot volkomenheit te komen in elx generenGa naar voetnoot12),
Zo moutmen beginnen in deerste leereGa naar voetnoot13)
Die konst der Philosophen vastGa naar voetnoot14) om disputeren
En fondement te nemen om te vermeren
Tmenschen vernuft tot ziins geests regerenGa naar voetnoot15).
Naersticheit is die mouder van alle deuht
DieGa naar voetnoot16) haer niet
behoort te schamen die ionge ieuht;
Want zii stiht en breingt die zelven tot vreuht
Al die haer gehoor geven. Dus zo ghii meuhtGa naar voetnoot17)
Maect welGa naar voetnoot18) te
schriven en spellen dat thart verheuhtGa naar voetnoot19).
| |
[pagina 5]
| |
Bii alle geleerde heidensGa naar voetnoot1) niet om vermondenGa naar voetnoot2)
Ziin eerst die konsten en geleertheit gevonden
Die zii zonder onderwiis bestonden
Te doorzouken en voorts te verkonden
Haer Discipels om voorts aen te doorgronden.
Dus die opreht wilt welGa naar voetnoot3) schriven verstaen
Ouffene hem in dit bouxken na miin vermaen,
Merke waer Consonanten en Vocalen staen,
Ooc waer ziin der Diphthongen en Triphthongen paenGa naar voetnoot4),
Zo mah hy in alle schrift ziin onbelaenGa naar voetnoot5).
|
|