Voorbericht.
De ‘Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde’, die ook deze bijdrage tot de geschiedenis van onze taal met haar patronaat vereert, bepaalt in Art. 70 van het negende Hoofdstuk van haar Wet, dat handelt over het uitgeven van geschriften, het volgende: ‘De schrijvers kunnen hunne eigene spelling behouden’. Een eigen spelling heb ik niet, doch, gebruik makend van de vrijheid door het aangehaalde wetsartikel bedoeld, heb ik ook in dit geschrift de spelregels gevolgd van de Vereniging tot vereenvoudiging van onze schrijftaal.
D.C. Hesseling.
Leiden, Februarie 1905.