Verzameling van kronyken, charters en oorkonden betrekkelijk de stad en meijerij van 's Hertogenbosch
(1846-1848)–Cornelis Rudolphus Hermans– Auteursrechtvrij
[pagina 1]
| |||||||||||||||||||||||
Die chronicke vander vermaerder ende vromer stadt van Tsertogenbosch, int corte van Henricus die Eerste, Hertoge van Brabant, tot Philippus van Oestenryck, Coninc van Engelant ende Hertoge van Brabant. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 2]
| |||||||||||||||||||||||
Buscoducensem plebem Dominus benedicat et urbem. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 3]
| |||||||||||||||||||||||
Die prologe van dit navolgende chronyxken.Den eerweerdigen, wisen ende seer voorsinigen heeren scepenen en. raet, ende voort allenGa naar voetnoot(1) vromen borgeren ende ingesetenen der seer vermaerder stadt van Tsertoghenbosch, wenst brueder Aelbertus Cuperinus eewich geluck en. voorspoet.
Alsoo ons beschryvet die wel sprekende Tullius Cicero, soo en is geen dinck dat eenen weereltsce man meer tot wysheyt, manheytGa naar voetnoot(2) ende deuchdelycke leven treckende | |||||||||||||||||||||||
[pagina 4]
| |||||||||||||||||||||||
ende verweckende is, dan vlietelickeGa naar voetnoot(1) historien ende chronicken ende oude geschiedenissen te lesen: te weeten als die bequamelick geschreven wordenGa naar voetnoot(2), mit alle saken ende circonstancien, woordenGa naar voetnoot(3) en. daden, daer aen eenich groot verlangen gelegen is geweest, want hy daer door vernuftich word, niet alleen in orlogen ende in striden, mer oock in raet ende alle borgerlycke saken, die inGa naar voetnoot(4) den landen ende steden oprysen mogen, ghelyckerwys ditGa naar voetnoot(5) aenmerct hoe die vrome stadt van Tsertogenbosch, die eenen cleynen oorspronck en. beginsel gehadt heeft, door wat oefeninghe ende manieren of policye sy soo grootelyck toegenomen heeft, want chronycken syn anders niet dan getuygenisse der tyden, een lichte der waerheyt, een meestersse des levens.
Op dat ick nu myn grondelycke gunste tegen dese loffelickeGa naar voetnoot(6) stat van Tsertogenbosch thoenen soude, soo hebbe ick dit chronicxhen tot eere, loff ende proffijt van allen vromen heeren, borgers, ingesetenen ende liefhebbers | |||||||||||||||||||||||
[pagina 5]
| |||||||||||||||||||||||
deser stat hoochweerdige name int openbaer laten gaen, begerende op den gemindeGa naar voetnoot(1) lesere ende op alle vrome borgeren dit chronycxken int goet nemen willen, denckende dat alsoo wel prysselickeGa naar voetnoot(2) is, cleynen giften in danck te nemen als groote giften te geven.
Mer op dat niemant en wane dat die compositoer deser cronycken, om die stat synre geborten te eeren, naer synder belieftenGa naar voetnoot(3) yetGa naar voetnoot(4) meer daer in geset heeft dan die gerechte waerheyt, soo gheeft die compositoor te kennen, dat hy niet vanden synen daer in geset en heeft, maer heeft dese chronycke getrocken wt veel andere authentyckeGa naar voetnoot(5) boecken, te weten: wtten chronycke van Brabant, wtten chronycke vanden eerweerdigen heere Rigino, abt van Pruymen, wtten chronycke gemaeckt by den ouden meester Peeter van Oss, secretaris menich iaer vanden Bosch, wtten schriften oft chronycke vanden eerweerdigen priester en. borger vander stadtGa naar voetnoot(6), mees- | |||||||||||||||||||||||
[pagina 6]
| |||||||||||||||||||||||
ter Willem Mool, wtten chronycke gecompuleert van meester Adriaen die Ruyter, die welcke menich iaer inden huze vanden heylighe Geest als.......Ga naar voetnoot(1) gedient heeft.
Godt, die Heere, wille die vrome borgers en. die gemeynte in gelucksaligerGa naar voetnoot(2) prosperiteyt, voorspoet en. welvaert genadelike gespaeren en behoudenGa naar voetnoot(3). | |||||||||||||||||||||||
[pagina 7]
| |||||||||||||||||||||||
Inden eersten wordt beschreven die ghelegentheyt en. condicien deser stadt van Tsertoghenbosch.Tsertoghenbosch is een stede gelegen int bisdom van Luyck ende is een vandie vier hootsteden van Brabant, toebehoorende als een eighen patrimonium den hertoghe van Brabant, sonder eenighe overheere daerinneGa naar voetnoot(1) te kennen of te leene van iemant te ontfanghen, ende is een stede seer vast ende stercke, driecantich inder forme ende utermate ryck ende machtich van volcke, hooch van mueren tegen eenen onversienlyck ende subitelyck aenstoot van vianden, hebbende thorens endeGa naar voetnoot(2) diepe graften, wel voersien ende beschermtGa naar voetnoot(3) mit alderley instrumenten van attelrye bolwercken mit stercke fortressen ende borstwerenGa naar voetnoot(4) voor die poorten, met schoone slach- of valbrugghenGa naar voetnoot(5). Indese stede syn schoone lustige kercken oft cappellen mit een sonderlinge schoone ende costelycke kerck in die eere van sint Jan, apostel en. evangeliste, daer in gefundeert is een canonnizyeGa naar voetnoot(6) van xxx werlike canoniken: in welcke kercke alsoo schoonen dinst gedaen werd dagelix als in eenige stede oft plaetse toebehoorende ons prinche vanden landen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 8]
| |||||||||||||||||||||||
Hier volgen die naemen van die andere cappellen, die in de stadt vanden Bosch staende syn:
In die stadt vanden Bosch staen oock veel costelycke schoone cloosteren van mannen en. vrouwen, van welcken sommighe binnen die stede en. sommige buyten staen, waer aff die naemen hier naer volgen en. eerst die naemen vanden cloosteren die binnen ligghen.
| |||||||||||||||||||||||
[pagina 9]
| |||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||
Die cloosteren liggende buten die stadt vanden bosch.
Alle dese cloosteren en. godshuysen liggen binnen en. buten die stadt vanden Bosch, twelck een groote gratie is voor die stadt, want men seyt gemeynlick in steden daer alsulcke cloosteren van goede leven zyn en. haren regel oft observancien haren oerdenen wel onderhouden, alsoo in de cloosters vanden Bosch gedaen werdt, dattet volck daer by seer verbeetert werdt, midts goeden exempelen en heylighe leeringen, dan in andere steden, daer niet aldusdanige cloosteren mer ander van slappen ofte wildenGa naar voetnoot(1) leven syn, daert volck quaet exempel aen nempt. | |||||||||||||||||||||||
Vander proprieteyt en. conditien der borgeren ende ingesetenen of inwoonders der stadt van Tsertoghenbosch.Op dat nu voort allen menschen bekent werde die vromicheyt en. proprieteyt der ingesetenen vanden Bosch, | |||||||||||||||||||||||
[pagina 10]
| |||||||||||||||||||||||
soo is te weten dat meeste deel onder die borgers veel goeder condicien blyckende zyn, diemen in dander steden onder die borgers soo gemeynlyck niet en vynt. Inden eersten soo is dat volck vanden Bosch seer strydbaer en. moedich tegens syn vianden, als dat dicwille openbaer is geweest in verscheyde oorlogen tegens die Gelderschen, welck landt sy dicwils alleen gedwongen hebben, sonderling in dat oerloge van PoroeyenGa naar voetnoot(1), int iaer ons Heeren dusent ccccc en. achte. Item in dat oerloge van Utrecht, anno xxiiij, doen zy allen die dorpen van Gelderlant tot Zutphen toe brachten int verdingenGa naar voetnoot(2). Item in dat Tielsce belech geschiet synde, anno xxviij, ende tot meer andere tyden van oorlogen, daer die vanden Bosch haer grootmoedicheyt seer over haer vianden gethoont hebben. Den tweeden soo blyckt gemeynlyck onder die borgers naturelycke ingeboren getrauwicheyt tot haeren naturelycken landsheere en. prinche van BrabantGa naar voetnoot(3), want sy altoos bereet syn geweest mit haren prinche te leven ofte sterven, alsoo dat dicwil bevonden is, dat welck hier te lanck soude vallen te vertellen: waerom dat die stat vanden Bosch van sommighe heeren en. hartogen van Brabant begracytGa naar voetnoot(4) syn geweest en. seer in haer vrintschappe gestaen hebben en. mit previlegien begaeft syn geweest, als te weten, Henrick, die eerste van dien name, hartoge van Brabant; item vrou IanneGa naar voetnoot(5), hartoghinne van Brabant; item Maximiliaen, die keiser en. hartoge van Brabant; item zyn sone Phillippus, hartoge van Brabant en. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 11]
| |||||||||||||||||||||||
coninck van Castillien, en. meer andere, die de stat geëert en lief ghehadt hebben om haer trouwicheyt. Ten derden soo staet aentemercken tot loff en. recommendacie der borgeren en. inwoonders der stadt vanden Bosch, die groote charitate en. melidende bermherticheyt, die zy thonen en. bewysen den ermen en. gebreckelicke menschen en. schamel clerxken, want in geen steden, noch in Gelderlant, noch int lant van Cleve, Gulick, Ludick of oeck mede in Vlaenderen of Brabant, soe groote charitate van almissen te geven, gedaen werdt, als tot Tsertoghenbosch, als wel blyck en. openbaer is allen menschen die barmhertige charitate, diemen doet den zieken int groot gasthuys; item die overvloedighe spineGa naar voetnoot(1), die daer geschiet inden heyligen Geest ij of iij mael ter weke, voord aen wat charitaten men bewyst den huysarmen; item hoe dickwils alst durentyt was, hoe bystandich die goede borgers bewesen hebben den armen menschen, die anders van honger bedorven souden hebben, als te weten int iaer ons heeren dusent vyf hondertGa naar voetnoot(2) en. xxx; item int iaer van xlvGa naar voetnoot(3); item int iaer van lvij, doen ten Bosch alsoo groote volck wt andere steden, als van Luyck, wt Brabant, wt Gelderlant, wten landen van Cleve, van Gulick etc.Ga naar voetnoot(4) quam, dat den stadt te swaer viel haer almissen te geven, desgelycx in tyden dat die Maescant en. daer ontrent overvallen werden mitten water, dat de huysluyden daer woonenden op die solders lopen, om haer lyf te salveren, hoe neerstich die stat van den Bosch daer dan beschickte met schuten ende pleiten, proviande van broot, kaze, boter, | |||||||||||||||||||||||
[pagina 12]
| |||||||||||||||||||||||
vleesch etc., om die schamele menschen te hulpe te comen, als wel gebleken heeft int iaer dusent ccccc en. xxix; item int iaer van xxxi; item int iaer van lij, ende tot meer andere tyden van durentyt oft van oploop van wateren, waer om die stadt vanden Bosch wel mach geneumt werden een toevlucht en. onderstant van allen armen menschen. Ten vierden soo zyn die vanden Bosch seer neerstich om haer broot te winnen en. haer ambacht te vervolgen. Sy hebben voor een maniere, dat sy haer kinderen tot geen leecheyt en houden, maer sy doen haer kinderen van ioncx op een ambacht leeren, of zy doen haer kinderen scholen gaan, het sy buten of binnen der stadt, of zy doen haer kinderen leeren comenschappen, midts welcke toe compt, datmen in alle landen of steden Busschers vynt, en. dat in die stadt menich treffelyck ryck borger, soo ambachsman soo coopman, woonende is, alsmen oock wel sien mach die playsantelike husen, die dagelyckx inde stadt vanden Bosch getimmert en gebetertGa naar voetnoot(1) werden. | |||||||||||||||||||||||
Dat die stadt van Tsertoghenbosch altoos doorgaens wel geregeert is geweest van goede regenten en. heeren.Al eest alsoo dat die stat vanden Bosch principalyck staet op die ambachten en. comenschappen, die van die neerstige borgeren: nochtans syn altoos in die stat ge- | |||||||||||||||||||||||
[pagina 13]
| |||||||||||||||||||||||
weest rycke en. eedele mannen, daer die stadt af geregeert is geweest, als: schepenen, raetsheerenGa naar voetnoot(1), door wyens deuchdelickheyt, vromicheyt, wysheyt en cloeckheyt die stat dicwils in eenen geluckigen staet en. welvaert gestaen heeft en. veel victorien tegen die Gelderschen gehadt hebben: door welcke saecke die stadt vanden Bosch een vernaemdeGa naar voetnoot(2) en. vermaerde stat altoos is geweest, en. hier om hebben sommighe groote heeren en. princhen vrintschap mit die stat gehouden, als: hartoghe Art van Geldre, die een vrouwen bruer was ten Bosch int sint Ians kerck en. een oude schutter, seer neerstelycke onderhoudendeGa naar voetnoot(3) die costumen van die bruederschap van ons lieve vrouwe en. van die oude schutters, wyens herte noch ten Bosch int clooster van sinte Geertruyt opt choor bewaert werdt; item die vrome grave van Bueren; her Frederick van EgmontGa naar voetnoot(4), wyens huysing ofte paleys noch staet in die Orten straet by dat heylich Cruys poorte, die menich spronck reyseGa naar voetnoot(5) en. menich verdriet gedaen heeft den Gelderschen, ter liefden van die stat vanden Bosch; desgelycke zyn sone, grave Floris van Bueren, heere van Iselstein, die oock altoes vrintschap met die stadt gehouden heeft en. was oock inde bruederschap van ons lieve vrouwe en. een ionge schutter seer liefgetal en vrinthout onder die borgers, en. hadde syn wooninghe of herberghe in die Postel straet; ende voort meer andere heeren, vorsten en. oock steden, die hen mitter stadt vanden Bosch verselletGa naar voetnoot(6) hebben en. vrintschap gehouden hebben. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 14]
| |||||||||||||||||||||||
Hier volgen nu nae die namen van die ridders, die als schepenen mede die stadt van Tsertoghenbosch geregeert hebben in verscheyden iaeren. Her Arnt Dicbier; hy was schepene int iaer ons Heeren dusent iijc ende xiiij. Her Gosen die Cock; hi was scepene inden iaere ons Heeren dusent ccc ende xvij. Her Ian van Eyndhoven; hi was scepene anno dusent ccc ende xix. Her Henrick van Nulant; hy was scepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende xxx. Her Henric van ModrechtGa naar voetnoot(1); hy was scepene anno Domini dusent ccc ende lv. Her Rhicalt van Ouden; hy was scepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende lvj. Her Emondus die Rover was scepene int selve iaer. Her Dirick de Rover was scepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende lxxj. Her Arnt die Rover was scepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende lxxxiijGa naar voetnoot(2). Her Gosen van der Aa was schepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende lxxxvij. Her Willem van der Aa was scepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende lxxxvijGa naar voetnoot(3). Her Dirc die Rover was scepene int iaer ons Heeren dusent ccc ende xcviij. Her Willem van Gendt was scepene anno Domini dusent cccc ende xviij. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 15]
| |||||||||||||||||||||||
Her Dirck van Merchem; hy was scepene int iaer ons Heeren dusent cccc ende xix. Her Ian Back; hy was schepene int iaer ons Heeren dusent cccc en lxxxij. Her Ian van Brecht; hy was scepene int iaer ons Heeren dusent ccccc ende xxvj. Hercules Keystergat; hy was scepene int iaer ons Heeren dusent ccccc ende xxxviij. Her Willem van Oss was scepene int iaer ons Heeren dusent ccccc ende xlj. Her Ian vanden Wygaert; hi was scepene anno Domini dusent ccccc ende xlij. Her Gerit van Vladeracken, heere van Geffen; hy was schepene anno domini dusent ccccc en. xlvij. Her Walraven van Erp; hy was scepene int iaer ons Heeren dusent ccccc ende xlvGa naar voetnoot(1).
Binnen de stat van Tsertogenbosch zyn twee dusent ende iiijc vuerstedenGa naar voetnoot(2). | |||||||||||||||||||||||
Dit zyn de godshusen oft gasthuysenGa naar voetnoot(3) van mannen en. vrouwen binnen der stadt van Tsertogenbosch.Opten Hulenborch een manne gasthuys, geheten LoyaersGa naar voetnoot(4) gasthuys. Aldaer Ian Schilders gasthuys van seven vrouwen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 16]
| |||||||||||||||||||||||
By sinte Barbare capel Agnes vanden Broeck gasthuys van seven vrouwen.
In die Orten straet sinte Loens gasthuys van seven vrouwen gheheiten her Coenraets gasthuys van Driel. Aldaer Gherit die Werd gasthuys van seven mannen. Aldaer Art van Ouwens gasthuys van seven mannen.
In die Hintemer straet in die Gruytstraet Henrick Brands gasthuys van seven vrouwen. Aldaer dat groot gasthuys. Aldaer her Henrick van Neynsel gasthuys van xiiij vrouwen. Aldaer iouffrou Crystyns Meelmans gasthuys van xiij mannen. Aldaer Art Keyts gasthuys van xij vrouwen. Aldaer sint Anthonis gasthuys genuemt Anthonis Wynschot van acht vrouwen.
Opten Wynmolen berch Deventers gasthuys vanGa naar voetnoot(1) mannen.
In sinte Iacops straet Roelof mitten Kese gasthuys van acht vrouwen.
In die Schilders straet heer Adams gasthuys van xij mannen.
Opten Papen huls her Adams huysvrou gasthuys van xiiij vrouwen. Aldaer Ian Moons gasthuys van mannen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 17]
| |||||||||||||||||||||||
In die Postel straet iouffrou Margriet Spyckers gasthuys van vrouwen.
In die Verwers straet Henrick Smeets van Vessem gasthuys van mannen.
In sint Ioris straet Iacop van Oosterwyck gasthuys van veertien mannen. Aldaer Aert Berwers gasthuys van mannen.
Opten Vuchteren dyck Heyms gasthuys van mannenGa naar voetnoot(1).
In sint Ioris straet meester Stevens vanden Broeck gasthuys van mannen.
In die Ramen Ian van Berckels gasthuys van vrouwen.
In die Putstraet Margriet Heerens gasthuys van vrouwen.
In die Pepers straet een gasthuys van vrouwen, genuemt Uleman of Brant gasthuys. | |||||||||||||||||||||||
Hier volgen die negen blocken binnen deser stat van Tsertogenbosch.Inden eersten opt Hindemer eynd totter Gherlinxse brug mit allen straetkens daer toe behoorende.
Den anderen block van die Geerlinxse brug totter gevangen poorte toe mit oock haer toebehoorten. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 18]
| |||||||||||||||||||||||
Den derden block die Kercke straet, Peper straet, Put straet mit haren toebehooren, metter helft van die VerwerGa naar voetnoot(1) straet.
Den vierden block die BoortscenGa naar voetnoot(2) straet, die oude Diese, die Volders straet, den ouden Huls, sint Ioris straet mit allen syden straetkens, noch die Lombartsche brug en. mit die helft van die Verwers straet.
Den vyfden block die Vuchter straet tot theylich cruyce poort toe mit allen syden straetkens.
Den sesten block den Vuchteren dyck tusschen beiden poorten mit allen zyden straetkens.
Den sevenden block die Vismerct mit die Corenbrug mittet Cruys straet, Karrestraet en. alle andere straetkens.
Den achtsten block die geheel Orten straet mit haer siden straetkens rontsomme.
Den negensten block die geheel merct en. Tolbrug. | |||||||||||||||||||||||
Dese nageschreven steden en dorpen halen haer hooft vonnisse tot Tsertogenbosch.Endoven, Helmont, Huesden, Vianen, Doermael bi Loven, Vlierden, Doorne, Heze ende Leend, Rithoven, Someren, Oss, Berchem, Heeswyck, Dinter, Berlicum, Roey, Oesterwyck, Hilverenbeek, Landen by Thienen. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 19]
| |||||||||||||||||||||||
Ende die van Landen, te weten, die schoutet en. iiij scepenen haelden haer vonnis int iaer van xvo ende xxx in Februario ten Bosch, en. werdt haeren wyn geschoncken van die heeren. | |||||||||||||||||||||||
Vanden eersten oorspronck der vromer ende playsantelycker stadt van Tsertogenbosch.In den tyden dat int hartochdom van Brabant dommineerde als prinche en. landsheere hartoghe Godevaert van Brabant, die derdeGa naar voetnoot(1) van dien name, en. oock in tyden van zyn voorsaten hartogen, en. besondere in tyden van hartoghe Henrick van Brabant, die eerste van dien name, die dommineerde in Brabant in tyden van Paeus Alexander die derde en. keiser Frederick die eerste, genaempt Barbarossa, soo was die plaetse daer nu die stad van Tsertogenbossche op gefundeert is, een zeer lustige ende plaisantelycke bosscagie en. een genuchelicke foreeste, verciert met menigherley boomen, ghebustenGa naar voetnoot(2), mit verscheyde grun cruden, bloemen en. al wat tot ghenuchte solacie en. berieflicheyt van een bossche, foreeste en. warande toe behoort. In dat bossche waren veel | |||||||||||||||||||||||
[pagina 20]
| |||||||||||||||||||||||
vremde, wilde dieren, als: vossen, wolven, beren, wilde swynen, hazen, conynen, herten, hyndenGa naar voetnoot(1) en. zulx meer van wilbraet. In dit bossche waren oock rivieren en. viveren en. loopende wateren en. seer bequame weyen voor die wild dieren en. beesten, waerom die hartoge van Brabant Henricus hadde dese plaetse seer vercoren, om die iacht daer in te plegen en. te hanteren, ende wilbraet te vangen, alsoo nu tertyt die hartogen van Brabant int bosch van Zonien boven Brussel doen en. tot zyn berieflickheyt, dede hartoghe Henrick in dat bosch temmeren een lanthuse op die selve plaetse daer nu dat huys int Haeswyntken staet aen die merct, op dat hy met zyn knechten en. iagers en. mit zyn peerden en. iachonden daer in logys hebben mochten en. rusten vander iachte en. beschermtGa naar voetnoot(2) mochten worden van wynt, regen en. onweer. | |||||||||||||||||||||||
Hoe dat die grave van Megen doot dede slaen des hertoghen van Brabants iachhonden, en. wat beternisse hy daer voor doen moeste.Groten twist ende onmin is op een tyt geresen geweest tussen hartoghe Henrick van Brabant en. den grave van Megen. Want die hartoghe, als hem overcomen waren sommighe grootGa naar voetnoot(3) treffelike saken aengaende syn lande, soo is hy gereyst na Brussel, ende hier in tussen zyn des hartoghen iagers mitten honden gaen iaghen, | |||||||||||||||||||||||
[pagina 21]
| |||||||||||||||||||||||
om eenich wilbraet te vanghen, en. soo ist ghebuertGa naar voetnoot(1) dat die honden geloopen syn int lant van Meghen, den welcken die iagers en. des hertogen dienders gevolcht syn, en. hebben daer oock hazen of ander wilbraet gevangen. Dit vernemende die grave van Meghen heeft die iagers en. des hartogen dienders seer vreeslyck doen slaen en. wreedelyck doen hanteeren; daer en boven heeft hy alle die honden des hartoghen doot doen slaen. Die hartoghe dit vernomen hebbende, werdt zeerGa naar voetnoot(2) tornich en. soo beruert op den grave van Meghen, dat hy voor hem genomen hadde den grave te doen vanghen en. gantselick die stadt en. lande van Megen te doen verderven en. mitten brant te doen verwuesten, mer die banrootsenGa naar voetnoot(3) en. die eedelen wt Brabant, en. oock die vrinden vanden grave baden den hartoghe langhen tyt voor den grave, ende den twist werdt neder geleet op zulke condicien, te weten, dat men die honden mitten voeten om hooch hanghen soude en. dan soo veel corens rogge oft haver om die honden hoopen soude, dat die honden gantselick mitten choren bedect soude syn van onder tot boven, en. dat choren soude hy geven den hartoghe voor zyn beternisse, en. dat hy voor den hertoghe eenen voet val doende, begerende genade voor syn misdaet, dat welcke alsoo gesciet is ende volbracht. Ende hier mede quam die grave van Meghen weder in die vrintschap en. gratie vanden prinche. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 22]
| |||||||||||||||||||||||
Van die bequame gelegentheyt ende berieflickheytGa naar voetnoot(1) der plaetse daer nu de stadt vanden Bosch op staet.Alsoe die plaetse daer nu de stadt van Tsertoghenbosch op gefundeert is, seer genuchlick en. lustich was, en. omcingelt en. oeck verciert mit campen, weylanden, vruchbaer ackers en. andere coren landen, en. bisondere oeck nyet verre gelegen was van die omliggende dorpen en. steden van Gelderlant, Kempelant en. Peellant, ende oock die Diese die plaetse omcingelde, gemengt synde noch mit twee stroomen, als mit die Dommel en. mit die Aa, ende haren cursse en. loop hadde nae Engelen, daer sy haer ontlast en. vloeyende is inde Mase, soo werdt Bosch en. die omliggende plaetse en. velden hoe langer hoe meer rondsomme vermaert en. vernaempt om haer berieflickheyt, en. van veel menschen wtten lande van Geldre en. wt Brabant versochtGa naar voetnoot(2), want die huyslieden van die voorsz. plaetsen bestelden daer haer byen; ende aengesien dat die byen op die plaetse alsoo merckelycke toe namen en. eenen goeden voortganck hadden, soo werdt dit op allen contreyen alsoo verbreyt, dat die lieden van alle canten mit groote getalle en. menichte quamen mit wagens, mit carren, en. te water mit pleiten en. schuyten, geladen mit ymercorvenGa naar voetnoot(3), dat door dese oorsake veel comenschappen, mangelingen en. wisseling van peerden, van horenbeesten, van scapen, van | |||||||||||||||||||||||
[pagina 23]
| |||||||||||||||||||||||
boter, van kaze, van rogge, van havere en. zulx meer ghehanteert werdt, alsoo seer oft een groote merct van eenighe stede geweest hadde. | |||||||||||||||||||||||
Van die eerste huysen, die ten Bosch getimmert waren.Tot noch toe soo en waren noch geen huysen of herbergen ghetimmert op die plaetse of steden, daer die cooplieden en. andere volck haer logys en. berieff inne mochten hebben, mer van noods wegen soo moesten zy nae huys reysen oft blyven in die naestliggende dorpen of steden, om aldaer herberge en ruste oft logys te vercrygen, soo is die prinche hartoghe Henrick van Brabant daer toe versocht van sommige goede mannen, dat syn princhelycke maiesteyt believen wilde, dat men tot berief van allen menschen, die haer comenschap op dese plaetse hanteerde, sommige husen en. herbergen timmeren mochten, dat welcke die goedertieren prinche williclyck geconsenteert heeft, verleenende daer toe hout tot balcken, carbeelen, plancken en. sulckx meer, dat welcke hy beval en. consenteerde te halen vuyt zyn foreest en. bossche, ende consenteerde oock, dat een ygelyck, wie geliefde, syn woonstat in dese plaetse nemen en. rustelyck besitten mochte, sonder ymants tegen seggen, sy en. haer nacomeling of erfgenaem, ten eewigen dagen. Soo werden daer veel herbergen op geslagen en. veel husen getimmert op versceyden plaetsen, en. bisonder die eerste husen werden getimmert op die selve plaetse ofte straete, dat nu op die oude Diese genumt is, en. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 24]
| |||||||||||||||||||||||
soo voort na die Verwers straet, en. oock opten Hoogen Steenweech: en. om dat hier nu soo goeden berief van herbergen was, daer die weerden en. weerdinnen groote neringhe en. gewinne by vercregen, soo werd dese plaetse alsoo vernamt suyde en. weste, datter groote menichte van volcke quam tot dese plaetse vanden Bosch wten lande van Cleve, van Gulick, van Boemel, van Tiel, van Nyemaghen en wten lande van LuyckGa naar voetnoot(1), om daer te coopen en. te vercoopen, en. haer comenschap te hanteren. Aldus wert dat een huys bide andere geset en. getimmert, daer die prinche hartoch Henrick seer williclyck syn assistencie toe dede mit zyn hout en. boomen, diemen in dat bosch allenxken wt haelden. | |||||||||||||||||||||||
Hoe dat die borgers en. ingeseten van Heusden dese nieuwe inwoonders en. fundatoors vanden Bosch wt haren wooninge en. plaetse verdreven hebben.Die borgers van Heusden horenden ende sienden den geluckigen staet van die ingeseten vanden Bosch, soo hebben sy dat seer qualyck connen gedragen, want die scepen en. ware, die welcke nu ten Bosch gebrocht werdt, pleech in voorleden tyden tot Heusden aen te leggen, daer oock eertyts plach te staen een tol huys, want sy mitten scepen veel eer tot Huesden waren, eer sy ten Bosch kosten gecommen: want die Mase dier tyt noch niet door gesteken en was, dat sy rechte voort ten | |||||||||||||||||||||||
[pagina 25]
| |||||||||||||||||||||||
Bosch kosten gecommen. Dit overdenkende die van Heusden, dat door alsulcke meenichfuldighe neeringe haerGa naar voetnoot(1) stat seer cleyne mocht worden: om dit te scutten soo hebben sy haer mit malcanderen beginnen te beraden wat sy beste te handen souden trecken, waerom als hen dochte, dat sy bequamen tyt hadden geraeckt, soo syn zy ten Bosch gecomen en. hebben dese nieuwe ingeseten vanden Bosch eendrachtelyck vander plaetse veriacht, ende hebben allen dat gene dat sy getimmert hadden te niet gedaen. Die vanden Bosch, hoe wel dat sy dese nederlage hadden gehadt van die van Heusden, nochtans niet lange daer nae soe sy wederom gecomen, om haer oude plaetse en. husen weder te bewoonen en. hebben haer husen wederom op getimmert, waerom die van Huesden dit seer lastichGa naar voetnoot(2) dragende, zyn wederom ter plaetsen vanden Bosch getogen en. hebbense daer niet lange laeten nestelen, maer hebben wederom al dat gene dat sy getimmert hadden, verdestrueert en. te niet gedaen; maer sy en hebben niet gevordert, want die plaetse is wederom op getimmert, mit bystant van hartoch Henrick van Brabant, en. is ten lesten een groote en. neerachtige stat geworden, alsoo nu hier naer breeder verclaert sal worden. | |||||||||||||||||||||||
Hoe dat die vanden Bosch over die van Huesden haer clachte gedaen hebben aen den hartoghe van Braband.Alsoo die vanden Bosch noch seer beducht waren voor die borgers van Huesden, daer sy nu tweemael wt hae- | |||||||||||||||||||||||
[pagina 26]
| |||||||||||||||||||||||
ren plaetse verdreven waren en. groote schade en. gewalt geleden hadden, dat sy oock nu derde werf wederom komen souden, om die Busschers te verstroyen en. te veriaghen, soo syn sy gereist na Brussel by den hartoge van Brabant en. hem geclaecht en. te kennen gegeven wat onrecht en. verdriet hen van die van Huesden overcomen en. aengedaen was, begeerden seer ootmoedelyck vanden selven prinche hulp en. bystant tegen die van Heusden. Die vrome prinche hartoch Henrick hoorendeGa naar voetnoot(1) dese clachten van die vanden Bosch, hadde mit hen compassie en. medelyden en. geloefde hen vromelyck bytestaen en. verdrach te hebben in toecomenden tyden van alle scade en. verdriet, dat hen van die van Huesden overcomen mochte. Daer na soo syn die van den Bosch gereist na Loven en. doen voort na Antwerpen, daer sy tegen die heeren van beyde die steden oock geclaecht hebbenGa naar voetnoot(2) over die van Huesden en. begeerden oock van hen hulp en. troost en. assistencie tegen die van Huesden. Die prinche hartoch Henrick seynden tot Huesden scerpe brieven, inhoudende groote swaere dreygementen in die sy die vanden Bosch eenige molestatie oft hinder aen deden, hy soudet wreecken over die stat en. lande van Huesden mit vuere en. sweerde, en. soude die stat gantschelyck mit zynre machte abandonerenGa naar voetnoot(3) en. wtten gronde verderven. Daer na soo heeft die hartoghe een dachvaert geordineert te houden te Brussel, daer gecomen zyn de gedeputeerde van Loven, van Brussel en. van Antwerpen, ende daer werdt overdraghen inden raet, dat men vanden Bosch maecken soude een gemuerdeGa naar voetnoot(4) stadt, op dat Brabant van dier | |||||||||||||||||||||||
[pagina 27]
| |||||||||||||||||||||||
syden beschermt mocht werden tegen aenstoot van die Gelderschen, want dan sou den Bosch wesen als een borstweer en. eenen slotel van Brabant. | |||||||||||||||||||||||
Hoe dat Tsertoghenbosch mitte hulpe en. toedoen van die hootsteden van Brabant is geworden een gemuerde stadt.Hertoch Henriek van Brabant hadde lange inden sinne en. wille, om te maeken vanden Bosch een gemuerde stadt, want op die tyt in Duytslant veel nieuwe steden gefundeert en. gemaekt werden; mer aengesien dat hi alsoo seer onledich was mit verscheiden oorlogen tegen verscheiden landsheeren en. oock mit andere swaer saken, soo heeft hy gehelick den last van die stat te bemueren, bevolen den drie hootsteden van Brabant, als: Loven, Brussel en. Antwerpen; ende dese steden hebben groote costen en. moeyten gedaen, om te timmeren en. te bemueren dese nieuwe stat vanden Bosch, waerom terstont gehuert werden wercklieden, en. die borgers vanden Bosch waren ooc seer neerstich, die sommige hieuwen dat hout aff int bosch en. bereident, die anderen bereiden die steenen, die sommige metsten die mueren, die ander deilden en. leyden die Diese en. dat water in veel plaetsen en. straten; seer cortelyck waren die mueren volmaect rontsomme die stadt, ende oock veel huysen waren volbracht, geringerGa naar voetnoot(1) dan men meynen mochte. | |||||||||||||||||||||||
[pagina 28]
| |||||||||||||||||||||||
Hoe dat die hartoghe van Brabant Henricus ten Bosch een regiment van statuten en. regten of zekere policie ingeset heeft.Doen nu Tsertogenbosch van borgers seer toegenomen hadde en. veel volcx van verscheiden nacien daer quamen woonen, soo bekende hertoch Henrick van Brabant, dattet niet gedurich blyven en mochte, ten waer dat die stat oock mit ordonnancien, gesetten en. wetten gefundeert waere, waerom hy sekere statuten en. ordinancie die stadt gegeven heeft, mit veel schoone previlegien, vriheden en. handt vesten, daer oock die stat seer mede verbetert werdt. Voordaen soo heeft die hartoge oock ingeset die ordinancie van gewichten, van kooren mate, van bier mate, wyn en. ander drancke, daer hen die borgers en. ingesetenen vanden Bosch nae reguleren souden. Item hy vercoor oock seven scepenen en. andere raetsheeren vanden ousten, geleersten en. wysten, op dat allen dese ordinancien, die hy nu ingeset hadde, te beter volbracht soude werden; ende hy beval zeer scerpelyck desen scepenen en. regeerders vander stat, dat sy sorge dragen zouden voor die geheel stat en. der gemeynen proffyt, gelyck een vadere zynder kinderen profyt suct. Dit is gesciet int iaer ons Heeren dusent cc en. een. het eynde des eersten boecks der chronycke en. iaerlicse geschiedenis van die vernaemde en. vrome stat van tsertoghenbosch. |
|