Vloekende vakantiegangers
Wordt er nog veel gevloekt? Wordt er tijdens de vakantieperiode meer gevloekt dan anders?
Dat zou best kunnen.
Waarom anders zie ik plotseling op stations affiches verschijnen met de tekst: ‘Vermijd, bestrijd het vloeken’?
Zeker, ze hebben er vroeger ook gehangen. Want gevloekt hebben we altijd, en tegenstanders van het vloeken zijn er ook altijd geweest.
Maar nu hangen er nieuwe affiches. Frisse, heldere affiches. Niet meer zo van die onheilspellende, donkere: alsof ze door God zelf opgehangen zijn.
Ze zijn lichter van kleur geworden. Er speelt een helderheid mee die van het vloeken iets decadents maakt.
Vroeger scheen vloeken altijd iets te maken te hebben met hel en verdoemenis. Tegenwoordig is het meer iets dat met het milieu te maken heeft.
Hier vloekt men niet! Niet omdat de hemel dat niet wil, maar omdat de bloemen het niet kunnen verdragen.
Daarom ook vertoont het affiche een wijde, blauwe hemel met witte wolkjes. De schoonheid van de hemel gedoogt niet dat we onze knetterende vloeken rondstrooien.
Er zou zich wel eens een wolkje aan kunnen bezeren!
Het affiche schijnt te zeggen: als we vloeken vergiftigen we het water en verontreinigen we de lucht.
Vloeken is net zoiets als sigaretten roken in een kamer: het beneemt je de adem.
Maar of de toeristen de zin van zulk een affiche onderkennen is een andere vraag. Zelfs vraag ik me af of ze zulk een affiche wel zíen. Als je met koffers aan komt dragen heb je wel wat anders te doen. Dan moet je zorgen dat je vloekend en tierend je plaats bereikt!