Maastrichtse sonnetten(1954)–Leo Herberghs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 8] [p. 8] [pagina 9] [p. 9] Stad van mijn hart Ik wil wel heen, ik wil wel slapen In deze stad voortaan, voor goed; Ik voer mijn dromen mild als schapen Mijn teder Bethlem tegemoet, En strijk mijn handen langs de slapen Van de beminde, die ik groet Nu ik mijn handen weer ontwapen Van trots en woede en overmoed. Maastricht, gij maakt mij mild en zachter, Gij sluimert aan mijn lichtste voet; Gij voert mij, als een wijze wachter, Tot naar het heil, dat mij behoedt. Ik laat de wereld langzaam achter En word weer rein en bijna goed. Vorige Volgende