tiental seconden voor ik me realiseerde wie ze was.
‘Ik heb geslapen,’ zei ik. Mijn stem kraste schor. ‘Hoe lang?’
‘Op de kop af twee uur.’
Ik probeerde overeind te komen. ‘Hoe laat is het nu?’ vroeg ik.
‘Half twaalf. Hier heb je koffie.’
‘Het is niet erg beleefd om... Heb ik soms nog gesnurkt ook?’
Mijn handen beefden toen ik de kop oppakte. De koffie was pikzwart en de eerste slok deed al wonderen.
‘Je hebt zeker wild gedroomd? Je praatte voortdurend in je slaap.’
‘Wat zei ik dan?’
‘Het meeste kon ik niet verstaan. Ik herkende alleen nu en dan de namen van de mensen over wie je verteld hebt. Ingrünn, Horst, Thorwald.’
Ik probeerde mijn droom weer voor de geest te halen. Ik had een vage herinnering aan een lange gang en een wilde vlucht. Er was ook iets met een vliegtuig, maar dat paste er niet bij. Na een tweede kop koffie was ik min of meer wakker. Maar ik had een katterig gevoel en een smaak in mijn mond alsof ik in een dweil had gebeten.
‘Sid...’ Ze aarzelde.
‘Hm?’ Ik wist wat ze ging zeggen.
‘Loop je nu gevaar dat de politie je op kan pakken?’
‘Nog niet. Ik kan het wel een paar dagen rekken. Maar zonder mijn auto kom ik de grens niet over. Bovendien lijkt het me niet waarschijnlijk dat die kerels, die geheimzinnige F., die ze gebeld hebben bij voorbeeld, intussen stil zullen zitten.’
‘Wat ga je dan doen?’
‘Er een nachtje over slapen en morgen neem ik contact op met de Nederlandse ambassade. Dacht je niet?’
Ze stak een sigaret op. Terwijl ze de rook door haar neus naar buiten liet kringelen, zei ze: ‘Ga je vannacht echt slapen?’
Ik grinnikte, stond op en ging naast haar op de bank zitten. Ze legde haar hoofd op mijn schouder en zei: ‘Je ambassade moet contact met het Ministerie van Binnenlandse Zaken opnemen en voor een uitreisvisum zorgen. Wij hebben zulke dingen ook wel eens bij de hand. Het lukt altijd wel, maar vaak duurt het nogal lang. Maar daar heb ik persoonlijk niets op tegen.’
Ik trok aan haar haar. Ze pakte mijn hand, hield hem even vast en liet hem toen verlegen weer los. We hadden veel gedronken die avond, en veel gepraat en nog geen tijd gehad voor andere dingen en er hing een eigenaardige spanning tussen ons. We zwegen. Ze