Bang voor het volk
Naarmate de verkiezingen voor de Provinciale Staten naderen, lijkt de zenuwachtigheid in politiek Nederland te stijgen. Hoeveel zetels zal de PVV winnen? En hoeveel zullen andere partijen verliezen? Sommige houden al rekening met een nederlaag. Socialisme en Democratie, maandblad van de denktank van de PvdA, preludeert er op in de titel van zijn laatste nummer: ‘Verlangen naar een ander volk.’ Wat het werkelijke volk voor de PvdA is toont een foto op het kaft: drie mensen van het manlijk geslacht, die kennelijk typische aanhangers van Wilders moeten uitbeelden. Inderdaad, geen toonbeelden van schoonheid of fijnzinnig intellect. Blijkbaar heeft de PvdA nu ook haar o.s.m. en niet-o.s.m. (ons soort mensen).
De titel ‘Verlangen naar een ander volk’ (dan het volk dat PVV stemt) is ook de titel van een artikel van Paul Bordewijk, niet nader aangeduid dan als publicist, in dit nummer. Hij signaleert in linkse kringen, ook binnen de PvdA, ‘veel ontevredenheid over het volk’, dat niet stemt zoals het, volgens de linkse elite (waartoe hij zichzelf eerlijkheidshalve rekent), zou moeten stemmen.
En dan somt hij achttien kenmerken op waarin het volk zich onderscheidt van de elite - een vaak hilarische reeks: het volk luistert naar de verkeerde muziek en leest het verkeerde ochtendblad, is consumptieverslaafd, is lui, conservatief en verwend, tegen Europa enzovoort. Kortom, allemaal redenen om te ‘verlangen naar een ander volk’.
De tegenstelling tussen (linkse) elite en volk is ontstaan sinds ‘de hoogopgeleiden niet meer bereid zijn zich in de positie van de laagopgeleiden in te leven’. Dat is midden jaren 60 begonnen, toen Nieuw Links thema's begon te agenderen ‘die weinig aansloten bij de belevingswereld van de laagopgeleiden’. ‘Sindsdien is de PvdA steeds verder van zijn natuurlijke achterban komen te staan.’ Voor velen waren problemen in immigratiewijken ‘luxeproblemen vergeleken met die in de Derde Wereld’.
Na deze scherpe (zelf)kritiek komt de conclusie enigszins als een verrassing: de PvdA moet ‘proberen het verlies aan vertrouwen bij de lager opgeleiden te herstellen (...) door de talenten in de partij en daarbuiten in te zetten voor het ontwikkelen van een serieus alternatief voor de neoliberale leer, die, ondanks het fiasco van de kredietcrisis, nog steeds domineert’. Vóór de verkiezingen van 2 maart is het daarvoor te laat, maar of zo'n ‘serieus alternatief’, dat niet nader omschreven wordt, later wél kans zal hebben ‘het volk’ van de PVV weg te lokken, zonder concessies te doen aan zijn anti-moslimgevoelens en de vooral in de provincie bestaande gevoelens achteruitgezet en bedild te worden door Den Haag (of ‘Holland’), dat is de vraag, die Bordewijk niet stelt of beantwoordt.
Marijke Linthorst, redacteur van S&D, komt langs andere en serieuzere weg tot dezelfde conclusie. De gevolgen van ongeleide marktwerking zijn in toenemende mate ook een bedreiging voor hoger opgeleiden: ‘niet alleen ongeschoold werk, ook de innovatie verdwijnt naar elders.’ Zij bepleit daarom onder andere bescherming van de kernindustrieën. Een tenminste concreet voorstel, een economische versie van het zo schijnheilig verfoeide ‘eigen volk eerst’.
Zij heeft daar een ander woord voor: ‘lotsverbondenheid’ - lotsverbondenheid tussen de elite en het volk. Beide kunnen op een goed ogenblik werkloos worden of verpauperen. De PvdA zou dus ‘moeten pleiten voor een samenleving die kiest voor lotsverbondenheid’. Heel mooi, maar ook hier geldt: is dit genoeg om de kiezers van de PVV weg te lokken of weg te houden, zonder op voor hen wezenlijke punten concessies te doen?
Bovendien: een lotsverbondenheid kan wel objectief vastgesteld worden, maar daarmee wordt zij nog niet noodzakelijkerwijs gevoeld door de betrokken groepen, in dit geval: de elite en ‘het volk’. Juist dat verschil in opleiding en het verschil in taal (niet alleen accent, maar ook woordgebruik) blijven bestaan en als scheiding werken. De tijd dat de sociaal-democratie geleid werd door intellectuelen als Troelstra en de aanhang volgde, is voorbij. Die aanhang is voor een groot deel - wat ook de bedoeling was - geëmancipeerd en welvarender geworden, maar is een richting opgegaan die niet in de bedoeling lag.
NRC Handelsblad van 17-02-2011, pagina 11