‘... und du wirst geschoben’
In het begin van elk nieuw jaar maak ik schoon schip op mijn schrijftafel, waar zich knipsels hebben opgestapeld van artikelen die ik eens dacht misschien nog wel eens te kunnen gebruiken, waartoe ik echter, om de een of andere reden, niet gekomen ben. Sommige blijken hun actualiteitswaarde nog niet verloren te hebben. Hier volgt, in los verband, een keuze eruit.
In november besloot General Motors plotseling Opel niet af te stoten. Daarmee zette het de Duitse regering voor het blok. Die had immers een deal gesloten met het Oostenrijks-Canadese Magna en de Russische Sherbank, die beloofd had geen fabrieken in Duitsland te zullen sluiten. Hierover schreef prof. Filip Abraham, hoogleraar internationale economie in Leuven (De Standaard, 6 november):
‘De beslissing van GM toont aan dat de regering van president Obama (de grootste aandeelhouder van GM) terugkeert naar het traditionele Amerikaanse standpunt: de Amerikaanse belangen staan centraal, en belangrijke technologie sta je niet zomaar af aan potentiële concurrenten. Ze heeft daar blijkbaar zelf een fikse rel voor over met Angela Merkel.
Voor haar is dit op het thuisfront geen aangename situatie. Ze was aanvankelijk niet erg pro-Russisch (anders dan haar voorganger Schröder), maar ze is in de loop der jaren van standpunt veranderd. Zozeer zelfs dat je nu echt kan spreken van een speciale relatie tussen de twee landen, die gebaseerd is op Duitse technologie-overdracht naar Rusland, in ruil voor energiezekerheid voor Duitsland én toegang tot de enorme Russische markt.’
Zoiets heeft natuurlijk zijn weerslag op Duitslands relaties met zijn tot dusver intiemste Europese partner, Frankrijk. Samen bepalen zij de koers van de Europese Unie, ‘maar onze relatie is hol geworden; zij is een ritueel geworden’, zegt Jean-Pierre Jouyet, voormalig minister voor Europese Zaken (in een knipsel waarvan ik, stom genoeg, nagelaten heb bron en datum te noteren). Frankrijk is in deze relatie demandeur, vragende partij, geworden. Voor het eerst.
In ditzelfde knipsel wordt dit van eveneens niet-officiële Duitse kant bevestigd. Volker Perthes, directeur van het Instituut voor Internationale en Veiligheidszaken: ‘Wij zijn niet langer in een positie dat we de noodzaak voelen verdenkingen te sussen en de rekening te betalen.’ Eenzelfde geluid komt van Ulrike Guérot van de European Council on Foreign Relations: ‘Er zijn twintig miljoen Oost-Duitsers, die niet zijn opgegroeid in de EU, en miljoenen West-Duitsers, die niet langer de toegevoegde waarde van Europa inzien. Nu hoor je mensen zeggen: “Wij hebben steenkool en wij hebben Rusland. Waar hebben we de EU nog voor nodig?”’
Als dit de overheersende trend in het Duitse denken wordt, dan moeten zij die meenden dat een halve eeuw Koude Oorlog Duitsland (althans het grootste en rijkste deel ervan) van een Midden- tot een West-Europees land had gemaakt (om de eenvoudige reden dat er geen Midden-Europa meer bestond), hun gedachten herzien. Misschien zou het betrekken van Duitsers bij onze nationale herdenking een beetje helpen deze trend te keren?
Nóg een knipsel uit november 2009, en weer uit De Standaard. Ditmaal een interview met Mark Eyskens, die Belgisch minister van Buitenlandse Zaken was ten tijde van de val van de Muur (en ook hoogleraar in Leuven). Een terugblik: ‘Al wat in 1989 is gebeurd, was eigenlijk een gevolg van het ontstaan van de informatiemaatschappij. Dat onderschat men bij het maken van de analyse. Iedereen kon plots alles weten van iedereen.
Dat maakte dat het marxistische recept van de collectivering van de productiefactoren stukbrak. De kennismaatschappij staat volledig haaks op het collectivistische communisme. Exit het communisme dus.’
Zou deze analyse ook gelden voor het in naam eveneens communistische China? Of zou dit, met behulp van het confucianisme, de kwadratuur van die cirkel hebben gevonden?
Ik weet weinig van China af, maar ik heb het altijd raar gevonden dat wij ‘de liberale democratie als het wondermiddel voor alle maatschappelijke tekortkomingen’ (aldus Heleen Mees vorige week op deze plaats) preken tot een volk dat een veel oudere beschaving heeft dan wij. Een erfstuk uit ons koloniaal verleden (dat ook een ethische component bevatte)?
Wat de val van het communisme betreft, zegt Eyskens wat anderen ook al als verklaring gegeven hebben. Maar hij past die verklaring ook toe op het kapitalisme: ‘De kennismaatschappij deprivatiseert ook. Kennis is van iedereen. Omdat het kapitalisme stoelt op het idee van privé-eigendommen, is het ook in staat van ontbinding. De financiële crisis van vandaag is het tweede luik van wat in 1989 is gebeurd. Het is een diptiek. Het treft mij zeer dat mensen dat niet beseffen.’
Wat hebben die knipsels gemeen? Dat zij berichten over machtsverschuivingen die zich, deels onzichtbaar (zoals tektonische verschuivingen diep in de aardkorst) en nauwelijks voorspelbaar, aan het voltrekken zijn. Voor regeringen, ja ook voor ideologieën gelden de woorden van Mephistofeles: ‘Du glaubst zu schieben, und du wirst geschoben.’
NRC Handelsblad van 14-01-2010, pagina 7