Aardverschuivingen
Nu, tijdens mijn korte afwezigheid, waarvan ik de lezer twee weken geleden op de hoogte stelde, hebben de ‘verschrikkelijke vloedgolven’ die, volgens een rapport aan het Pentagon uit de jaren '70, omstreeks deze tijd grote delen van Nederland zouden verzwelgen, op zich laten wachten, zodat mijn vooruit geschreven artikel vol beuzelarijen rustig op 18 maart kon verschijnen.
Toch heeft zich in die week een onvoorziene aardverschuiving voorgedaan, waar ik, als ik niet weg was geweest, op 18 maart zeker zou hebben gereageerd. Ik bedoel niet zozeer de verschrikkelijke terreuraanslag in Madrid, die aan honderden het leven heeft gekost - want zulke aanslagen zijn geen verrassingen meer - maar eerder de uitslag van de daarop volgende verkiezingen, die Spanje in één klap van bondgenoot tot tegenstander van Amerika heeft gemaakt.
In zekere zin is die ommekeer te vergelijken met wat in Duitsland, tijdens de verkiezingscampagne van september 2002, is gebeurd. Bondskanselier Schröder haalde toen onverwachts uit naar de Amerikaanse politiek jegens Irak, die hij een avontierspolitiek noemde. Daartegenover zou hij nu een ‘Duitse weg’ bewandelen.
Ook dit was een aardverschuiving. Duitsland, dat tot dusver zorgvuldig een balans tussen zijn vriendschap met Frankrijk en die met Amerika had bewaard, keerde zich nu plotseling tegen de grote bondgenoot, die het na de oorlog uit het diepste slop had gehaald en zich, na de val van de Muur, meer beijverd had voor de Duitse hereniging dan Duitslands Franse, Britse en, zo mogen wij daaraan toevoegen, Nederlandse partners.
Natuurlijk ontving president Chricac de Duitse afvallige met open armen, en zo werd de Frans-Duitse samenwerking inniger dan zij ooit geweest was. In een ogenblik van overmoed besloten zij zelfs een soort tegen-NAVO op te richten samen met de grote mogendheden België en Luxemburg, maar toen Duitsland merkte dat dit contraproductief werkte op zijn oosterburen, krabbelde het een beetje terug.
Maar intussen was het kwaad geschied. De Duits-Amerikaanse betrekkingen verkoelden tot het vriespunt (Schröder gold in Washington als een ondankbare schoft), en een splitsing in Europa was teweeggebracht, want Groot-Brittannië, Spanje, Italië en de Midden-Europese landen gingen zich nu juist solidair met Amerika verklaren. Als dat geen aardverschuiving was.
Natuurlijk valt er veel op Schröders beleid aan te merken. Het is opportunistisch en zich nauwelijks bewust van de behoedzaamheid die Duitslands ligging midden in Europa, met niet minder dan negen buren, vereist. Wat dat betreft, was zijn voorganger Kohl hem de meerdere, en - merkwaardig genoeg - ook zijn minister van Buitenlandse Zaken, de ‘groene’ Joschka Fischer, geeft meer blijk van staatsmanswijsheid.
Maar wie, volkomen terecht, Schröder kritiseert, moet niet vergeten dat hij zich deze ommezwaai in zijn buitenlands beleid meende te kunnen veroorloven, omdat hij wist dat het Duitse volk niets van oorlog wilde weten en daarom in grote meerderheid zijn veroordeling van de Amerikaanse politiek zou steunen. En inderdaad: zijn tegenstander in de verkiezingscampagne, de CDU/CSU, durfde niet Schröders ommezwaai te beantwoorden door vierkant achter Amerika te gaan staan. Dát is namelijk het nieuwe: het Duitse volk is in grote meerderheid pacifistisch, en gezien de zelf uitgelokte - verschrikkingen die het eind van de Tweede Wereldoorlog over dit volk gebracht heeft - tientallen verwoeste steden, miljoenen vluchtelingen - is dit, achteraf, niet zo verwonderlijk. Het is alleen de angst voor het communisme, evenmin onbegrijpelijk gezien de wijze waarop de Russen in Oost-Duitsland huishielden, die dat pacifisme tijdelijk verdrong. Maar nu is de Sovjet-Unie verdwenen en komt de pacifistische reflex naar boven.
Welnu, in Spanje heeft zich, mutatis mutandis, ongeveer hetzelfde voorgedaan. Negentig procent van de Spanjaarden was tegen de steun die premier Aznar aan de VS gaf in de Iraakse oorlog. Zijn tegenstander, de sociaal-democraat Zapatero, won de verkiezingen en bewerkstelligde een nieuwe aardverschuiving: Spanje - het is al gezegd viel uit het Amerikaanse kamp en maakt zich bereid zich bij de Frans-Duitse alliantie aan te sluiten. Opnieuw een aardverschuiving dus.
Dit heeft natuurlijk ook gevolgen voor de Nederlandse politiek. Het voorzichtig balanceren tussen Amerika en Europa, getuige bijvoorbeeld Nederlands weigering, vorig jaar, zich aan te sluiten bij de Frans-Duits-Belgisch-Luxemburgse as, maar ook bij de contra-actie van de meeste andere Europeanen, wordt nu nog moeilijker. En welke ruggensteun heeft premier Balkenende bij zijn recente bezoek aan het Witte Huis ontvangen?
Wij weten het niet. Dat komt misschien ook doordat het kabinet het nog niet eens is over de gevolgen van de aardverschuivingen die Europa, zowel in zijn interne betrekkingen als in die met de VS, de laatste tijd heeft meegemaakt.
Sommige schijnen vooral bezorgd te zijn over het feit dat in Spanje nu sociaal-democraten aan de macht zijn. Dat zou wel een heel parochiale reactie zijn. Maar misschien is dat juist wat de meeste Nederlanders in hun hart willen: een parochie te zijn.
Parochiaal is ook de uithaal van CDA-fractievoorzitter Verhagen naar bondskanselier Schröder, die hij ‘een van de minst succesvolle en indrukwekkende’ bondskanseliers heeft genoemd, wie hij een ‘kortzichtig opiniepeilingsbeleid’ verwijt. Zeker, inhoudelijk valt er weinig op die kritiek aan te merken, maar aan zijn functie is Verhagen het verplicht een beetje op zijn woorden te letten wanneer hij over bevriende buitenlandse bewindslieden spreekt.
Met deze kritiek rangschikt hij zich in de rij van Nederlandse politici die er een eer in schijnen te stellen buitenlandse collega's te schofferen: Den Uyl die president Nixon ‘stuitend’ noemde, Jorritsma die Chirac een ‘engerd’ vond, en Zalm die zijn Duitse collega Eichel kwetste. Het gaat er niet om of ze al dan niet gelijk hadden, het gaat erom dat zo'n bejegening volkomen onnodig is en schadelijk kan zijn. En dan te denken dat Verhagen na het vertrek van De Hoop Scheffer nog als mogelijke minister van Buitenlandse Zaken is genoemd!
NRC Handelsblad van 01-04-2004, pagina 7